Financiering rechtspraak verandert

Delen:

Foto Depositphotos

De manier waarop de Rechtspraak wordt gefinancierd gaat op de schop. Dit heeft minister Dekker (voor Rechtsbescherming) de Tweede Kamer laten weten. Uit onderzoek in opdracht van de Raad voor de rechtspraak en de minister blijkt dat de huidige manier van financieren tot problemen leidt.

De Rechtspraak zegt al langer dat de huidige manier van financieren niet meer voldoet. Op dit moment wordt de Rechtspraak per zaak betaald. Van dit geld moeten alle kosten worden betaald. De forse terugloop van het aantal rechtszaken knelt met dit systeem omdat hierdoor minder geld binnenkomt terwijl veel kosten wettelijk vastliggen of moeilijk beïnvloedbaar zijn, zoals kosten voor personeel en huisvesting. Ook biedt het huidige systeem weinig financiële ruimte voor innovatie.

Outputfinanciering

De rechtspraak wordt voor ongeveer 95 procent bekostigd op basis van outputfinanciering (afgesproken prijs x het aantal afgedane zaken). In de prijzen zijn alle kosten voor innovatie, huisvesting en centrale diensten verdisconteerd. Bij oplopende productie betekent dit dat er meer budget beschikbaar is voor bijvoorbeeld innovatie en dat daarvoor reserves kunnen worden opgebouwd. Bij afnemende productie is er minder budget beschikbaar.

Nu het aantal zaken de afgelopen jaren is teruggelopen en het eigen vermogen is uitgeput, is minder budget voor innovatie beschikbaar, terwijl de kosten voor innovatie niet een-op-een gerelateerd kunnen worden aan de productie. Een ambtelijke werkgroep bestaande uit medewerkers van het ministerie en de Raad voor de rechtspraak heeft deze problemen in kaart gebracht. Vervolgens heeft de onafhankelijke externe deskundige drs. P.J.C.M. van den Berg advies uitgebracht

Knelpunt

Van den Berg adviseert om de innovatiekosten niet langer op te nemen in de productiegerelateerde bijdrage (de prijs) maar deze op te nemen in de bijdrage voor overige uitgaven. Een variant hierop is de aanbeveling om de centrale kosten van de Raad voor de rechtspraak en de ondersteunende kosten van de gerechten buiten de productiegerelateerde bekostiging van de rechtspraak te laten. Die kunnen dan betaald worden uit een bijdrage die wordt vastgesteld voor drie jaar.

“Ik heb over het advies overleg gevoerd met de Raad en ik herken dit knelpunt en onderschrijf de aanbeveling die op dit punt is gedaan,” schrijft de minister. Hij gaat samen met de Raad voor de rechtspraak een voorstel uitwerken waarin wordt afgebakend welke elementen voortaan geen deel meer moeten uitmaken van de prijzen maar toch bij het proces van vaststellen van nieuwe prijzen kunnen worden betrokken.

Tegenlicht

Het streven is om vanaf de volgende prijsperiode (vanaf 2020) te gaan werken met een nieuwe systematiek.

De financiering van de rechtspraak baart rechters al jarenlang grote zorgen. Vorige week werd bekend dat een groep rechters onder de noemer Tegenlicht in een brief aan de Tweede Kamer hun zorgen hebben geuit over de werkomstandigheden en de toekomst van de rechtspraak. De financiële problemen van de Rechtspraak zijn niet alleen ontstaan door de financieringsmethodiek, maar ook door het debacle met het digitaliseringsproces KEI.

Tijdens een uitzending van Nieuwsuur hierover kwam aan de orde dat rechters structureel overwerken om zaken af te krijgen. Dat lijkt niet te rijmen met het feit dat de instroom van zaken afneemt. Dat rechters toch extra uren maken, komt volgens de Raad voor de rechtbank doordat er meer complexe zaken worden aangeleverd, en de complexiteit van die zaken groter is geworden.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Meest gelezen berichten

Van onze kennispartners

Juridische vacatures

Scroll naar boven