Geen geld? Dan hoeft arbitrage niet

Delen:

Foto: Depositphotos

Een arbitrageclausule is binnen het familierecht niet geldig als één van de twee partijen geen geld heeft om de kosten van arbitrage te betalen. Dat blijkt uit een recent vonnis van de rechtbank Midden-Nederland waarop advocaat Louis Zonnenberg (Banning) de aandacht heeft gevestigd.

In veel samenlevingsovereenkomsten en huwelijkse voorwaarden wordt een bindend adviesclausule of een arbitragebeding opgenomen. Zo hopen partijen hun geschillen snel en goedkoop af handelen.

Redelijkheid en billijkheid

In de nog niet gepubliceerde zaak waarover de Rechtbank Midden-Nederland op 1 oktober 2018 oordeelde, ging het om twee partijen die in de  samenlevingsovereenkomst waren overeengekomen dat “geschillen uitsluitend zullen worden beslecht door arbitrage overeenkomstig het Arbitrage Reglement van het Nederlands Arbitrage Instituut (N.A.I.)”

Toen de relatie op de klippen liep, had de vrouw nog 60.000 euro tegoed van de man, maar die gaf niet thuis. De vrouw startte vervolgens een procedure bij de rechtbank, waarop de man een beroep deed op de onbevoegdheid van de rechtbank. Die overwoog dat zo’n arbitragebeding niet van toepassing is als dit in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. De rechtbank verwees naar een arrest van het Gerechtshof Amsterdam.

Laagste bijdrage

De vrouw had de procedure bij de rechtbank aanhangig gemaakt op basis van een toevoeging met de laagste eigen bijdrage van 79 euro. Zij voerde aan dat een procedure bij het N.A.I. voor haar financieel niet haalbaar is. De administratiekosten bij het N.A.I. bedroegen in haar geval tussen de 750  en de 800 euro. Er moet bovendien een depotbedrag worden gestort van minimaal 4.500 euro als de wederpartij akkoord gaat met een “arbitrage voor kleine belangen”. Doet hij dat niet dan moet de vrouw in een reguliere arbitrageprocedure minimaal 10.000 euro in depot storten. Dat bedrag heeft zij niet. Daarom overwoog de rechtbank: “Gelet op het voorgaande is de rechtbank met de vrouw van oordeel dat zij onder deze omstandigheden geen effectieve toegang heeft tot vaststelling van haar burgerlijke rechten door een onafhankelijk en onpartijdig gerecht, zoals dat is gewaarborgd door artikel 6 EVRM. Aldus is het beroep van de man op het arbitragebeding in de samenlevingsovereenkomst naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar.”

Zonnenberg vraagt zich daarom af “of een N.A.I.-arbitrageclausule in huwelijkse voorwaarden en samenlevingsovereenkomsten zou moeten worden opgenomen, in het geval het belang bij geschillen naar verwachting minder dan zes eurocijfers bedraagt.”

 

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Meest gelezen berichten

Van onze kennispartners

Juridische vacatures

Scroll naar boven