De Blenheim scriptieprijs voor vennootschapsrecht is donderdag 12 december uitgereikt aan Mathias Wielinga Carvajal. Hij schreef zijn scriptie over de enquêteprocedure aan de Radboud Universiteit Nijmegen, en kreeg daar een 8,5 voor.
De Blenheim scriptieprijs voor vennootschapsrecht werd voor de tweede keer uitgereikt. De prijs is in 2018 door het Amsterdamse advocatenkantoor Blenheim in het leven geroepen om onderzoek naar het vennootschapsrecht door rechtenstudenten te bevorderen. De eerste prijswinnaar was Mieke Lavreysen, voor haar masterscriptie Grensoverschrijdende omzettingen in de praktijk. Zij werkt inmiddels als junior associate bij Stibbe.
Enquêteprocedure
Net als de eerste winnaar komt de tweede winnaar van de Radboud Universiteit. Daar schreef Mathias Wielinga Carvajal zijn masterscriptie Het onderzoek in de enquêteprocedure. Hij is geboren in Chili en kwam op z’n vierde naar Nederland. Op dit moment is hij zelfstandig ondernemer en bestiert Start Hiking, dat wandel- en hiking-materialen verhuurt en tips en informatie biedt over avontuurlijke wandeltochten.
In zijn scriptie (“iets heel anders”) beschrijft hij de beginselen van behoorlijk onderzoek door de Ondernemingskamer. “Tijdens de enquêteprocedure – een verzoekschriftprocedure bij de Ondernemingskamer – worden geschillen binnen de rechtspersoon beslecht”, licht Wielinga Carvajal zijn scriptie toe. “De kern van de enquêteprocedure is het onderzoek dat wordt genormeerd door de beginselen van behoorlijk onderzoek. In de praktijk is er regelmatig kritiek op de onderzoeksmethode en verslaglegging door de OK. Regels waaraan het enquêteonderzoek moet voldoen zou op enigerlei wijze moeten worden vastgelegd, omdat de praktijk daaraan behoefte heeft.”
Normatieve oordelen
Volgens Wielinga Carvajal hebben veel vraagstukken betrekking op de normatieve en empirische karaktertrekken van de enquêteprocedure: moet de onderzoeker zich in het verslag onthouden van normatieve oordelen, bijvoorbeeld of er sprake is geweest van wanbeleid?
In zijn scriptie onderzoekt Wielinga Carvajal of er een scheiding bestaat tussen empirisch en normatief onderzoek in de enquêteprocedure, en wat de gevolgen daarvan zouden zijn voor de manier van onderzoek. Daarnaast beschrijft hij door welke beginselen van behoorlijk onderzoek het onderzoek wordt genormeerd, en of het wenselijk is om de normering en werkwijze in het onderzoek anders in te kleden. Hij komt met een voorstel in de vorm van richtlijnen over alternatieve beginselen van behoorlijk onderzoek. Daarmee biedt zijn scriptie ook in een goede inkijk in de werkwijze van de Ondernemingskamer.
Ideeën
Volgens juryvoorzitter Arjen Paardekooper van Blenheim krijgt Wielinga Carvajal de prijs om meerdere redenen: “Ik noem de relevantie voor onze praktijk. Als middelgroot kantoor dat een gevecht niet uit de weg gaat komen wij met regelmaat bij de OK. Verder hanteert hij een goed en helder taalgebruik, het is dus prettig leesbaar.” Jurylid Steef Bartman, advocaat en hoogleraar Corporate Group Liability aan Maastricht University, voegt daar aan toe: “Wat deze scriptie tot winnaar maakt is het feit dat hij zélf heeft nagedacht en zelf met ideeën komt over hoe het anders kan.”
Winnaar Wielinga Carvajal kreeg als prijs een geldbedrag van 500 euro en de mogelijkheid om stage te lopen bij Blenheim. Zijn scriptie wordt binnenkort in boekvorm uitgebracht. Twee andere genomineerden voor de Blenheim-prijs waren Philippe Martens (Tilburg University) met zijn scriptie De effecten van aandeelhoudersopstanden bij say on pay stemmingen in comparatief perspectief en Ali Benhammou (Erasmus Universiteit). Hij schreef de scriptie Van de BV naar de BVBA naar de BV, over de civiele mogelijkheden en fiscale gevolgen van grensoverschrijdende omzettingen.
In het najaar van 2020 zal de derde Blenheim scriptieprijs voor vennootschapsrecht worden uitgereikt.
