Beide verenigingen richten zich specifiek op de leden van de vaste Kamercommissie voor Defensie en Buitenlandse Zaken. Zij spreken van een ‘buitengewoon precaire situatie’ waarin met name Afghaanse vrouwelijke rechters zich bevinden.
Oprechte vrees
“Dit is een groep die als gevolg van de machtsovername door de Taliban bijzonder gevaar loopt”, aldus de brief. “Door als rechter op te treden en de Afghaanse rechtelijke macht te helpen ontwikkelen, hebben deze rechters bijgedragen aan de vestiging van de rechtsorde in hun land, een essentiële pijler in een democratische staat. Wij staan aan de zijde van de rechters en in het bijzonder van de vrouwelijke rechters in Afghanistan, die vrezen het doelwit te worden vanwege hun werk en om wie zij zijn. In de afgelopen dagen zijn er verschillende publicaties geweest waarin Afghaanse vrouwelijke rechters uiting hebben gegeven aan hun oprechte vrees voor wat er met hen zou kunnen gebeuren na de val van Kabul door de Taliban.”
De brief is ondertekend door Tamara Trotman (gerechtshof Den Haag), voorzitter van Rechters voor Rechters en Marc Fierstra (Hoge Raad), waarnemend voorzitter van de NVvR. Zij verwijzen in de brief naar documentatie op de site van Rechter voor Rechters.
Evacuatiehulp
Beide voorzitters verzoeken de Kamerleden gehoor te geven aan de oproepen van de VN Special Rapporteur inzake de onafhankelijkheid van rechters en advocaten, van de Internationale Rechtersvereniging (IAJ) en van de Internationale Vereniging voor Vrouwelijke Rechters (IAWJ), “en te bevorderen dat Nederland, al dan niet samen internationale bondgenoten, deze ernstig bedreigde vrouwen zal helpen onder andere met evacuatiehulp en het afgeven van visa”.