Wie te laat een bezwaar- of beroepschrift indient, kan rekenen op niet-ontvankelijkheid. Er volgt dan geen inhoudelijke behandeling van de zaak – tenzij de termijnoverschrijding verschoonbaar is. Een grote kamer van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) heeft nu geoordeeld dat bestuursorganen en bestuursrechters per direct en vaker dan nu moeten aannemen dat een termijnoverschrijding verschoonbaar is. Met deze soepelere benadering krijgen bestuursorganen en bestuursrechters meer ruimte om van geval tot geval maatwerk te leveren. Op dit moment laat de wet een minder strikte benadering maar zeer beperkt toe. Als die een minder strenge benadering ook ziet zitten, zal de wetgever de regels moeten aanpassen zodat een termijnoverschrijding in meer situaties verschoonbaar is.
Bijzondere omstandigheden
Volgens de wet is een termijnoverschrijding alleen verschoonbaar als ‘redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat de indiener (van het bezwaar- of beroepschrift) in verzuim is geweest’. Er kunnen bijzondere omstandigheden zijn geweest waardoor de indiener niet tijdig bezwaar kon maken of beroep instellen. Het CBb oordeelt dat met die bijzondere omstandigheden meer rekening moet worden gehouden. Bijzondere omstandigheden kunnen zijn persoonlijke omstandigheden zoals ernstige ziekte, psychisch onvermogen of ernstige familieomstandigheden, maar ook externe omstandigheden die voor overbelasting en stress zorgen. Daarbij kan worden gedacht aan een natuurramp, of een brand in een woning of in een bedrijfspand.
Context
Of die bijzondere omstandigheden zich voordoen, wordt door het CBb van geval tot geval beoordeeld, waarbij de context van belang is. Daarbij wordt ook gelet op de figuur van de indiener (een individuele burger of een grote of kleine onderneming), hoe groot de termijnoverschrijding is, of er belangen van anderen bij het besluit zijn betrokken en of het bestuursorgaan zelf een groot belang heeft bij het verkrijgen van zekerheid over de vraag of zijn besluit wel of niet rechtsgeldig is. Dat moeten bestuursorganen en bestuursrechters allemaal van geval tot geval bekijken.
Grote kamer
De uitspraak is met het oog op de rechtseenheid en de rechtsontwikkeling gedaan door een grote kamer die uit vijf rechters bestaat: twee van het CBb, twee van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State en één van de Centrale Raad van Beroep.