De deal die Fred Teeven als officier van justitie in 2000 sloot met Cees H. kan de toets der kritiek niet doorstaan. Dat geldt voor de inhoud en ook uit een oogpunt van totstandkoming en afwikkeling. Dat is de belangrijkste conclusie van de Commissie-Oosting die onderzoek deed naar de schikking.
Deze Onderzoekscommissie Ontnemingsschikking constateert verder dat minister Opstelten van Veiligheid en Justitie in 2014 en 2015 niet adequaat heeft gereageerd op vragen over de deal. Ook zijn verantwoording was onder de maat.
Commissievoorzitter Marten Oosting noemde de 750.0000 euro die met de deal was gemoeid ‘een relatief laag bedrag’. Dat zei hij woensdag 9 december in een toelichting op zijn rapport over de Teeven-deal. “En dan druk ik me voorzichtig uit”, voegde Oosting daar aan toe. Hij wees erop dat toenmalig advocaat Piet Doedens zich over de hoogte van het bedrag honend uit had gelaten en ook H.’s latere advocaat Jan-Hein Kuijpers uitte zich volgens Oosting ‘vergenoegd’ over de aantrekkelijkheid van de deal.
Die reacties onderstrepen het oordeel van zijn commissie, zei Oosting. Het bedrag was ook voor de Staat geen ‘evenwichtige overeenkomst’.