Nederlandse advocaten brengen veel hogere uurtarieven in rekening dan hun Belgische confrères. De verschillen lopen op tot wel 50 procent, berekende Kelvin Koolhaas, junior onderzoeker van onderzoeksgroep Recht en Veiligheid van de Hogeschool Inholland (Rotterdam). Voor de toegang tot het recht maakt dat overigens niet veel uit.
Uit het onderzoek komt naar voren dat in België de uurtarieven (exclusief btw en kantoorkosten) voor particulieren tussen de 100 en 150 euro liggen. Die tarieven liggen in Nederland tussen de 150 en 225 euro liggen – de helft hoger.
Een verklaring voor de lagere Belgische tarieven kan zijn dat er in België in verhouding meer advocaten zijn: per 100.000 inwoners zo’n 155 advocaten, tegenover 101 advocaten in Nederland. Dat verschil is weer te verklaren doordat Nederland meer andere juridische dienstverleners kent, terwijl Belgische advocaten minder concurrentie ondervinden. Relatief meer advocaten zet in België de uurtarieven onder druk.
Verder zijn Belgische advocaten conservatiever en die instelling werkt door in de manier waarop ze hun werk opvatten en hun tarieven berekenen. Nederlandse advocaten daarentegen hebben een sterk ontwikkelde ondernemingsgeest en hanteren een zakelijke benadering, stelt Koolhaas, waarmee ze de tarieven die zij in rekening brengen beter kunnen beargumenteren. Wel geven advocaten van beide nationaliteiten aan dat creatief wordt omgegaan met het vaststellen van hun tarieven.
“De gedachte dat duurder beter is heeft hierin zijn werking”, stelt de onderzoeker. “Uit een praktijkvoorbeeld blijkt dat het verhogen van tarieven kan leiden tot meer cliënten. Zo kan een nichekantoor serieuzer worden genomen door het hanteren van hogere tarieven.” Digitalisering zal de tarieven verder omlaag brengen, menen zowel Nederlandse als Belgische advocaten.
Onderzoeker Koolhaas heeft geen verband gevonden tussen de uurtarieven en de toegankelijkheid van het recht. “Goedkoper is niet beter voor de toegang tot het recht. Een betere toegang tot tarieven is wel beter. Hier kunnen advocaten wellicht iets aan doen door uurtarieven per categorie in te delen en kenbaar te maken.”
