De Raad van Discipline noemt de handelwijze van de advocaat “bijzonder kwalijk”. Zo kwalijk dat ondanks het feit dat betrokkene zich al eind 2022 van het tableau heeft laten uitschrijven, “een langdurige schorsing in de uitoefening van de praktijk de enige passende maatregel is”.
Geen enkel contact
De advocaat werkte sinds 2020 samen met een bedrijf dat zich bezighoudt met schuldhulpverlening. Tegen dit bedrijf liep een strafrechtelijk onderzoek, het werd verdacht van overtreding van het verbod op schuldbemiddeling tegen betaling.
In het onderzoek kwamen 222 gevallen naar boven waarin hulpzoekenden de advocaat opdracht tot schuldbemiddeling verleenden, maar hij bleek geen enkel contact met hen te hebben gehad. De overeenkomsten werden ondertekend door een medewerker van het schuldbemiddelingsbedrijf. Het bedrijf maakte niet alleen gebruik van de handtekening van de advocaat, maar ook van zijn briefpapier en mailaccount. Als tegenprestatie ontving de advocaat duizend euro per maand.
Klachten
Na klachten van een aantal hulpzoekenden diende de deken van Oost-Brabant dit voorjaar een dekenbezwaar in bij de Raad van Discipline.
Deze is van oordeel dat de advocaat gedurende meerdere jaren verschillende gedragsregels, bepalingen van de Verordening op de advocatuur en kernwaarden heeft overtreden. De Raad rekent het de advocaat vooral zwaar aan dat hij ermee heeft ingestemd dat anderen in zijn naam schuldbemiddelingsdossiers behandelden, terwijl hij totaal niet op de hoogte was van de inhoud van de dossiers.