De tool werkt met een set veel gestelde vragen bij grensoverschrijdende projecten voor een selectie van Europese landen, legt het kantoor uit. Op basis van het invullen van de vragen krijgen internationaal opererende ondernemingen een overzicht per land in hun mailbox. Het overzicht geeft informatie over de voorgestelde handelingen en maakt de mogelijke risico’s van het project inzichtelijk. Heeft een organisatie hierna nog vragen, dan kunnen zij contact opnemen met een lokale juridische expert. “Internationale projecten zijn vaak complex, zeker wanneer multinationals een project op hetzelfde moment in verschillende jurisdicties uitrollen”, aldus Anna van Bracht, senior associate bij Baker McKenzie. “De vraag is vaak of eerst nog de vertegenwoordiger van het personeel van bijvoorbeeld vakbonden of ondernemingsraden geconsulteerd moeten worden. Het antwoord hierop is meestal tijdrovend, want per jurisdictie kan het anders zijn en bovendien verschilt de wijze en timing van consultatie. Bovendien heb je te maken met de regelgeving vanuit de Europese ondernemingsraad, die een advies over al dan niet consulteren complexer maakt.”
Inzicht in verschillende jurisdicties
Op dit moment bevat de tool juridische informatie over vakbonden en ondernemingsraden in Nederland, Denemarken, Finland, Griekenland, Duitsland, Ierland, Italië, Luxemburg, Noorwegen, Polen, Spanje, Zweden en Zwitserland. Hiernaast bevat de tool ook informatie over de regelgeving rond de Europese ondernemingsraad. Een aparte redactie onderhoudt zowel de juridische content als de businesslogica. Van Bracht: “Onze EMEA Works Council tool geeft multinationals direct inzicht en schept zowel een basis als een duidelijk tijdspad voor projectplanning. Dit voorkomt tijd- en geldverspilling en verkleint zo de kans op het mislopen van projectdoelstellingen. Onze praktijkgroep arbeidsrecht gebruikt de tool uiteraard ook zelf en hierdoor kunnen wij cliënten sneller en beter adviseren.”
