Voor de Lawyers Association van China gaan we een programma draaien. Het verzoek kwam begin juni. De cursus is voor augustus. Oef, dat is snel improviseren. Nadeel is dat als dat lukt ze altijd denken dat we zo snel kunnen werken, en maar even Europese topdocenten uit onze mouw kunnen schudden! Vooral ook omdat het programma nog niet vaststaat, omdat er, jawel, nog toestemming voor de cursus moet worden gegeven door de minister van Justitie. Wel mooi dat we een ingang hebben gekregen. Daarmee kunnen we nu regelmatig cursussen geven voor rechters, officieren van justitie en advocaten. Nu nog de ambtenarij en de legal counsel in bedrijven en we kunnen ons gaan afficheren als de opleider in internationaal, Europees recht en rechtsvergelijking van Chinese juristen in China.
Iedere provincie heeft een stukje van zijn eigen provincie in Beijing, met hotel en restaurant. Zo is er ook een van de de streek in het noord westen, waar de oigoeren wonen. Prima lams- en schapenvlees en heerlijke groentes. Gevonden dankzij en met vrienden. Van de onrust in het noordwesten was niets te merken. Een aanzienlijk deel van de klanten bestond uit oigoeren, althans uit moslims uit die streek.
Op een keer waren we in Beijing in de speciale straat met tal van winkels voor calligrafie, met tekenpapier en penselen. De ene winkel na de andere. En de straat was enorm lang. Omdat we dorst hadden en het warm was zochten we een terrasje, hoewel dat fenomeen eigenlijk niet bestaand is, behalve in de ambassade wijk, of een eet- of drinkegelegenheid. Niets. Steeds zagen we weer een fleurige parasol met reclame voor soft drinks er op, maar dan bleek daar een verkoper van goederen onder te zitten. Netjes beschut tegen de zon. Uiteraard vonden we na geruime tijd wel iets, met prima thee en dumplings.
Toen de zon net verscheen zo begin mei en het lekker weer werd, was ik aan het begin blij verrast dat je op de eerste blik op iedere hoek van een groot kruispunt eveneens mooie kleurige en fleurige parasollen zag, en ik associeer dat soort parasollen nu eenmaal met een terrasje en een drankje. Deze parasols op de hoeken van de straten zijn echter voor de traffic warden, die er beschut tegen de zon staan. Soms op een podium, maar onder de parasol, met een oranje hesje, een vlaggetje en een fluitje.
Soms word ik door mijn chauffeur met zijn zwarte auto met geblindeerde ramen thuis opgehaald als we vroeg weg moeten, en dan ook weer ‘s avonds thuis afgeleverd. Er staat dan iedere keer een soort erewacht van buren, bewoners, bezorgers, tuin verzorgers, personeel van de compound, schoonmakers en straten aanvegers, en mensen die de vuilnisbakken naspeuren op plastic en papier/karton, die de chauffeur de deur zien openen en mij zien instappen of uitstappen. Het leidt in ieder geval tot een grote bekendheid merk ik, ook al omdat wij gewoon zijn de bewakers die bij alle hekken en poorten staan altijd goede dag te zeggen. Voordeel is dat ze dan als ze ons zien al hek of poort opendoen, en we ons pasje niet meer hoeven te laten zien.