Sinds jaar en dag probeert de Europese Unie de consument te beschermen in zijn relatie tot de producent-verkoper op grond van nieuwe wetgeving (verordeningen, richtlijnen enzovoort). In bepaalde gevallen zijn het richtlijnen die binnen een gestelde deadline omgezet moeten worden naar nationaal recht. Een voorbeeld is de Europese Richtlijn nr. 2005/29/EG ter bescherming van consumenten tegen oneerlijke handelspraktijken van ondernemingen binnen de interne markt. Artikel 6:193a tot en met 6:193j van het Burgerlijk Wetboek zijn de getransformeerde wetten die antwoord geven op de voornoemde richtlijn. De versnelling van technologie zorgt voor nieuwe uitdagingen bij wetmakers omtrent online consumentenbescherming. Verder zijn consumenten sinds de uitbraak van COVID-19 ook meer online aankopen gaan doen waardoor onrechtmatig online logischerwijs toeneemt. Het modernisering van wetten is dus snel nodig om bescherming beter te waarborgen. Vanuit de nationale overheid lijkt er nu een antwoord te zijn op de verschuiving van fysiek naar online in de zin van betere bescherming voor consumenten online.
Een nieuwe wet
Op 13 oktober jl. heeft minister Blok een nieuw wetsvoorstel ingediend bij de Tweede Kamer. Het nieuwe voorstel behelst een implementatie van de Richtlijn Modernisering Consumentenbescherming. De Europese Unie vindt het blijkbaar nodig dat alle lidstaten doeltreffende en afschrikkende sancties gaan opleggen wanneer er sprake is van een inbreuk door de producent-verkoper. Online handelaren en aanbieders van online marktplaatsen moeten transparanter worden op basis van expliciete precontractuele informatieverplichtingen. De hoofddoelen zijn in ieder geval zorgen voor betere handhaving van Europese consumentenregels, én huidige wetten aanpassen waardoor het beter aansluit op digitale ontwikkelingen. De Europese wetgever heeft gepoogd om online een balans te creëren in de rechtsverhouding tussen producent-verkoper en consument. Op welke wijze gaat concreet de implementatie van de richtlijn zich uiten in de praktijk? De minister geeft in de memorie van toelichting een duidelijke uitleg over de hoofdlijnen. De hoofdlijnen worden hieronder kort uiteengezet met concrete voorbeelden.
Ten eerste moet de online marktplaats voor het sluiten van de overeenkomst de consument informatie verstrekken in de online interface (zoals de hoedanigheid van de derde, rangschikking van aanbiedingen, verdeling qua verplichtingen tussen online marktplaats en derde). Op de website kan een apart blok worden toegevoegd om de informatie te tonen aan de consument.
Een tweede hoofdlijn is de consumentenbeoordelingen. In de praktijk gaan consumenten vaak af op wat anderen voor beoordeling aan een product of dienst geven. Als de online marktplaats een sectie op de website heeft waar beoordelingen worden gegeven, dan moet er legitieme informatie verstrekt worden over dat goed of dienst. Duidelijk moet bijvoorbeeld zijn voor de consument wat een negatieve of positieve beoordeling is, en of het gaat om betaalde promotie. Online handelaren die een product of dienst op de online marktplaats aanbieden moeten van tevoren expliciet de consument informeren of gebruik wordt gemaakt van een gepersonaliseerd prijsaanbod.
Verder of er gebruik wordt gemaakt van geautomatiseerde besluitvorming om de prijs te bepalen. Onder een product op een website worden regelmatig andere producten aanbevolen. Online handelaren mogen ook geen online tickets voor evenementen meer doorverkopen aan consumenten op online marktplaatsen op basis van geautomatiseerde software. Als er een prijsvermindering door een online handelaar wordt aangekondigd, dan moet ook de voorgaande laagste prijs voor de aankomende dertig dagen gehanteerd worden. Zo kan de online handelaar niet tussendoor de prijs ineens verhogen ten behoeve van zichzelf.
Tot slot komen er effectieve sancties indien de online marktplaatsen zich niet aanpassen zoals een zelfstandige last, een last onder dwangsom of een bestuurlijke boete. Het dient als een afschrikkende functie om onrechtmatige online handelspraktijken te voorkomen.
Betere bescherming
Kortom, de consument krijgt in de toekomst betere bescherming tegen oneerlijke handelspraktijken online. De deadline voor de implementatie is mei 2022. Op dit moment ligt het voorstel nog bij de Tweede Kamer ter goedkeuring. Zowel de online marktplaats als de handelaren die er gebruik van maken moeten zich écht gaan aanpassen. Luisteren de partijen niet, dan worden er vergaande sancties opgelegd in de vorm van hoge boetes. Het is nu afwachten.