Als het aan staatssecretaris Teeven ligt, krijgt vanaf 1 januari 2011 slechts 1 op de 10 gevangenen toegang tot een niet-godsdienstige raadsman of raadsvrouw. Dat is ruim 30% minder dan voorheen. Dat terwijl tenminste 30% van de gedetineerden geen aanspraak wil maken op godsdienstige geestelijke verzorging. Zij hebben een grondwettelijk recht op vrije keuze voor geestelijke bijstand. Die wordt hen vanaf 1 januari onthouden.
De geestelijke verzorging van ongodsdienstige gedetineerden (30% van de gevangenispopulatie) gebeurt al ruim 40 jaar door humanistisch raadsmannen en vrouwen. Hun zendende instantie is het Humanistisch Verbond. De humanisten leveren nu meer dan 30% van hun formatie in ten gunste van godsdienstige geestelijke verzorging met name de islamitische.
Onaanvaardbaar
“Dat is een grote stap terug in de tijd, terug in de zuil”, zegt Rein Zunderdorp, voorzitter van het Humanistisch Verbond. Hij vindt het onaanvaardbaar dat het ministerie voor Veiligheid en Justitie hiervoor kiest en is het oneens met de organisatie van geestelijke verzorging in het gevangeniswezen. “Gedetineerden moeten de kans krijgen hun leven op te pakken in de gevangenis en daarna weer in de maatschappij. Levensovertuiging speelt daarbij een belangrijke rol. Humanistisch raadslieden weten uit ervaring dat vooral tijdens hun gesprekken met gedetineerden aandacht is voor wat er is mis gegaan en hoe zij weer verantwoordelijkheid leren nemen voor hun leven. Juist in contact met geestelijk verzorgers is het mogelijk zich te bezinnen en ook moreel een nieuwe koers in te slaan. Maar dan moeten ze wel de mogelijkheid krijgen zelf een reële levensbeschouwelijke keus te maken. En die krijgen ze nu niet.”
Segregatie
De reden voor de sterke daling van niet-godsdienstige geestelijke zorg is een misleidende voorkeursmeting onder gedetineerden en de dwang slechts voor één godsdienst of levensovertuiging te mogen kiezen: ben je één keer naar een gebedsdienst geweest, mag je niet meer met een humanist in gesprek. De voorkeursmeting onder gedetineerden heeft geen oog voor het bestaan en de belangen van ongodsdienstigen. Terwijl uit recent onderzoek van Universitair Medisch Centrum St. Radboud blijkt dat een derde van de gedetineerden niet in God gelooft.
“De meeste gedetineerden hebben geen of een nauwelijks doorleefde godsdienstige of levensbeschouwelijke achtergrond. Vanuit deze kennis zouden geestelijk verzorgers hen de gelegenheid kunnen en moeten bieden om tot een eigen levensbeschouwelijke oriëntatie te komen. Het ‘afnemen’ van één godsdienst of levensbeschouwing is niet van deze tijd en werkt segregatie in de hand. Terwijl de maatschappelijke roep om integratie juist zo groot is”, meent Zunderdorp.
Daarom pleit het Humanistisch Verbond voor:
1) Vrijheid van godsdienst en levensovertuiging voor godsdienstige en niet-godsdienstige gedetineerden; dus geestelijke verzorging naar keuze uit een eigentijds aanbod van levensbeschouwingen;
2) het afschaffen van gesloten zuilen binnen de geestelijke verzorging;
3) een voldoende aanbod van ongodsdienstige, humanistisch geestelijke verzorging;
4) een herverdeling van formatie op grond van de werkelijke behoefte van gedetineerden aan geestelijke zorg, zoals blijkt uit het onderzoek van het UMC Radboud en een daarop afgestemd en passend aanbod.
Het Humanistisch Verbond roept staatssecretaris Teeven op de klok niet terug, maar juist vooruit te zetten. Het is aan hem de kans te grijpen geestelijke verzorging te transformeren tot een passend en eigentijds aanbod, dat de keuzevrijheid van gedetineerden en hun integratie bevordert.Inmiddels heeft SP-Kamerlid Sharon Gershuizen Kamervragen hierover gesteld aan de staatssecretaris. (bron: ANP)