Amsterdam met een juridische blik bezien, dat beogen Floor van Spaendonck en Gijs Stork met hun historische wandeling langs juridische artefacten door de Amsterdamse binnenstad. Dat begint in de 16de eeuw, toen de stad maar 15.000 inwoners telden, de politie bijkluste in de prostitutie en er verhoudingsgewijs tien keer meer moorden werden gepleegd dan nu. Criminelen belandden in het spinhuis (Oudezijds Achterburgwal 185) of in het rasphuis (Heiligeweg).
Borrels
In de Gouden Bocht wandelen de auteurs langs het kantoor van Bram Moszkowicz (Herengracht 464) en andere kantoren van advocaten – ‘praatzieke opruiers’ werden ze in de Napoleontische tijd genoemd. De auteurs memoreren speciaal de ‘fantastische borrels’ van advocatenkantoor Rutgers & Posch, maar ook togamaker Ernest de Vries (Keizersgracht 218) en café’s Buffet en De Heuvel, populaire hangouts van advocaten. Het oude gerechtshof (Prinsengracht 436) wordt binnenkort een hotel. Aan de Keizersgracht 278 passeren ze het kantoor van strafpleiter Gerard Spong.
Hollende kleurling
De auteurs houden van verhalen over de stad. Die hadden rijker kunnen zijn bij andere locaties. Singel 522, café De Munt? Daarbinnen lag het beroemde kelderluik dat tot baanbrekende jurisprudentie heeft geleid. Warmoesstraat? Daar holde de kleurling uit café Caribian Nights. De drukkerijen van Lindenbaum en Cohen misschien?
Hier meer informatie over deze wandeling.