Voorheen had elk gerecht zijn eigen klachtenprocedure, maar sinds 1 februari zijn al die regelingen vervangen door één uniforme regeling. Geklaagd kan worden over medewerkers of rechters van rechtbanken, gerechtshoven, het College van Beroep voor het bedrijfsleven en de Centrale Raad van Beroep (CRvB). Ook de Raad voor de rechtspraak, LDCR en IVO Rechtspraak vallen onder de regeling.
Grof taalgebruik
De nieuwe regeling is op een aantal punten gewijzigd. Zo is de nieuwe klachtenregeling in begrijpelijker taal opgeschreven. Daarnaast is er een nieuwe bepaling opgenomen over het gebruik van kwetsend en grove taal: dat is niet toegestaan. Wie een klacht indient die “onheus of beledigend van toon is of ongepast taalgebruik” bevat, moet er rekening mee houden dat zijn klacht niet wordt behandeld. Wel krijgt de klager eenmaal de kans om zijn klacht aan te passen en opnieuw in te dienen.
Bejegening
Andere bepalingen in de klachtenregeling zijn hetzelfde gebleven. Men kan klagen over de bejegening door rechtbankmedewerkers, de toegankelijkheid van een gerechtsgebouw, administratieve fouten in de administratie of onjuiste informatie. Over een beslissing van een rechter kan nog steeds niet worden geklaagd − wie het niet eens is met een uitspraak, kan in de meeste gevallen in hoger beroep.
Waardevolle feedback
De Rechtspraak zegt op haar site dat het belangrijk is dat mensen kunnen klagen. “Het levert waardevolle feedback op over ons werk. Door met klagers in gesprek te gaan en goed te luisteren, kunnen we onze werkwijze verbeteren.”