Vertegenwoordigers van Zuidaskantoren noemen de samenwerking met sociaal advocaten een win-winsituatie. Junior advocaten van grote kantoren doen de benodigde proceservaring op en komen buiten hun comfortzone in aanraking met heel ander soort cliënten, en de sociale kantoren vergroten hun slagkracht door – gratis – extra personeel. Bovendien zijn grote kantoren aantrekkelijker als werkgever indien junior advocaten ook sociale rechtshulp kunnen verlenen.
Nijpende tekorten
In de woorden van Pieter de Jong Schouwenburg, advocaat bij Van Doorne: “Stagiairs klaagden dat ze nooit een rechtszaal van binnen zagen, en tegelijkertijd waren er nijpende tekorten in de sociale rechtshulp. En om een of andere reden kwam niemand op de gedachte dat daar synergie mogelijk was.”
In 2022 kwam het bestuur van Van Doorne op het idee om de verbinding met de sociale advocatuur juist wel te maken. “Als onderdeel van het stagetraject gaat iedere junior medewerker van ons zes weken werken bij een sociaal
advocatenkantoor waarmee we vaste afspraken hebben”, licht managing partner Sjoerd Kamerbeek toe. Er wordt samengewerkt met drie sociale kantoren: Van der Woude De Graaf advocaten, Taelman advocaten en Van Doorn cs. advocaten.
“Onze medewerkers zitten daar zes weken, en werken mee aan alle zaken van die advocatenkantoren”, vertelt Kamerbeek. “We zien dat als een win-winsituatie. Onze mensen krijgen met heel andere mensen te maken, ze kunnen veel meer hun persoonlijke vaardigheden benutten en staan veel in de rechtszaal. Aan de andere kant hebben de sociale advocatenkantoren altijd een paar medewerkers extra op wie ze kunnen rekenen. Omdat het een vaste verbinding is, kunnen ze meer in hun eigen kantoor investeren. Ze krijgen de beschikking over juridisch talent en ook toegang tot allerlei bronnen die wij als kantoor hebben.”
Die voordelen kun je niet bereiken als je zo nu en dan iemand detacheert, vindt Kamerbeek. “Daarom is de detachering een vast onderdeel geworden van ons opleidingsprogramma. Dat is voor ons een grote investering, maar daar krijgen we veel meer voor terug in de vorm van de ontwikkeling van onze junioren. En we geven uiting aan een verantwoordelijkheid die wij als balie collectief hebben.”
De eerste Van Doorne-junioren gingen bij wijze van proef in april 2022 aan de slag in de sociale rechtsbijstand. Ze konden zich er vrijwillig voor inschrijven, en degenen die dat deden kwamen dolenthousiast terug, vertelt Kamerbeek. Aan de vrijwilligheid zaten echter ook nadelen. Kamerbeek: “Als het bij ons te druk is, worden junioren soms teruggehaald, en dat is niet ideaal. Daarom is het vanaf 1 januari voor iedereen verplicht.”
De Jong Schouwenburg, projectleider van de detacheringsoperatie, benadrukt dat het hier niet om liefdadigheid gaat. “Wij krijgen vooral iets moois terug. We kunnen heel veel leren van de sociale advocatenkantoren.”
Brede ontwikkeling
Jonge advocaten van Stibbe werken al jaren voor het sociale advocatenkantoor Advokatenkollektief OOST. Zo verlenen zij sociale rechtsbijstand en doen ze proceservaring op. Advokatenkollektief OOST (AKO) verleent sociale rechtsbijstand op een breed palet aan rechtsgebieden, waaronder huurrecht, arbeidsrecht, bestuursrecht en strafrecht. Ieder jaar worden acht advocaat-stagiairs bij AKO gedetacheerd.
Stibbe vindt het belangrijk dat de toegang tot sociale rechtsbijstand gewaarborgd wordt. “Door onze samenwerking met AKO maken onze stagiairs kennis met de sociale procespraktijk en doen ze waardevolle proceservaring op doordat ze met een ander type zaken en cliënten in aanraking komen”, verklaart managing partner Hans Witteveen. “Dat draagt bij aan hun brede ontwikkeling als advocaat.”
Stibbe is positief over de samenwerking met AKO. Witteveen: “Voor onze stagiairs is deze ervaring een verrijking van hun werkzaamheden. Detachering bij AKO is daarom zeer populair onder onze medewerkers.” Ook AKO ervaart de samenwerking volgens Witteveen als een succes: “De stagiairs zorgen voor een verjonging van het team en slaan een brug tussen de commerciële en sociale advocatuur.”
Interessant werk
Rachel Brown (28) werkt op de afdeling corporate litigation van Stibbe en is een van de advocaat-stagiairs die zes weken was gedetacheerd bij AKO. “Ik had belangstelling en gelukkig was er ruimte.”
Het leek Brown interessant werk omdat ze het belangrijk vindt dat mensen voldoende toegang hebben tot het recht. “En ik was ook benieuwd naar wat voor soort zaken je doet, wat voor soort cliënten er zijn en naar de dagelijkse gang van zaken.”
Ze ontdekte dat sociale advocatuur heel breed is. “Ik heb me beziggehouden met familierecht, bestuursrecht, sociale zekerheid en vreemdelingenrecht. Het is heel afwisselend. Je ondervindt hoe kwetsbaar mensen zijn en hoeveel onduidelijkheid er is over sommige regels en procedures. Dat geldt zelfs voor mij als advocaat, dus zeker voor mensen zonder juridische achtergrond.”
Haar expertise in het veld van sociaal recht kon Brown onder meer opbouwen dankzij de goede begeleiding. “Soms kon ik me voor de mondelinge toelichting bij het bestuursorgaan baseren op een schriftelijk stuk. Als ik zelf een stuk moest opstellen, kreeg ik voorbeelden van vergelijkbare zaken en die kon ik dan als uitgangspunt gebruiken.”
De toegang tot het recht kan beter, vindt Brown. “Sociaal advocaten hebben veel dossiers in behandeling en kunnen niet iedereen helpen. En niet iedereen weet welke gevolgen een besluit kan hebben, niet iedereen is de taal voldoende machtig.”
Cassatiepraktijk
Bij Pels Rijcken draagt de cassatiepraktijk bij aan sociale rechtsbijstand. Het cassatieteam van het Haagse kantoor bestaat uit advocaten met specialismen in de volle breedte van het civiele recht, zoals familierecht, ondernemingsrecht en verbintenissenrecht. “We vinden dat de toegang tot de procedure bij de Hoge Raad voor iedereen open moet staan”, zegt advocaat Sikke Kingma. “Zo lang als Pels Rijcken cassatieadvocaten heeft, wordt daarom ook gewerkt op toevoegingsbasis.”
Alle partners en senior advocaten van het cassatieteam staan daarom ingeschreven bij de Raad voor Rechtsbijstand. “In de afgelopen tien jaar zijn zodoende ruim honderd toevoegingsdossiers in behandeling genomen door ons cassatieteam”, vertelt Kingma. “Het gaat vaak om schuldsaneringen en faillissementen, maar ook om andere rechtsgebieden.”
De zaken komen binnen via doorverwijzing door onder meer de sociale advocatuur en doordat cliënten Pels Rijcken rechtstreeks benaderen. Het kantoor heeft altijd wel toevoegingszaken in behandeling. “De belangrijkste beperking is dat we niet tegen organen van de Staat kunnen optreden. Rechtzoekenden die rechtsbijstand tegen de Staat nodig hebben, verwijzen we door naar andere cassatieadvocaten die op toevoegingsbasis werken.”
Het opdoen van proceservaring is voor Pels Rijcken geen belangrijk motief om toevoegingsdossiers te behandelen. “Als Pels Rijcken doen we relatief veel zittingen, voor zowel publieke als private cliënten”, zegt Kingma. “Onderdeel van de opleiding van alle advocaat-stagiairs bij Pels Rijcken is dat zij vanaf het begin van hun stage worden opgeleid om meteen zelf proceservaring op te doen, onder verantwoordelijkheid en begeleiding van hun patroon of een senior advocaat.”
Detachering
Vijf jaar geleden publiceerde Mr. Online een artikel over de advocaat-stagiairs van Houthoff die meedraaien bij het sociaal advocatenkantoor Meesters aan de Maas. Dat beviel zo goed dat Houthoff de samenwerking heeft uitgebreid naar drie andere sociale kantoren: Sociaal Advocaten Rotterdam, Spuistraat 10 Advocaten (Amsterdam) en Zumpolle Advocaten (Utrecht). De stagiairs werken in diverse rechtsgebieden, waaronder huurrecht, bouwrecht, arbeidsrecht, sociaal zekerheidsrecht, strafrecht, personen- en familierecht, consumentenrecht en contractenrecht.
De detachering binnen de sociale advocatuur is een verplicht onderdeel van de opleiding bij Houthoff. De junioren werken zeven weken bij een van de samenwerkingskantoren. Deze samenwerkingsverbanden zijn voortgekomen uit een eerder partnerschap van Houthoff met de stichting Rechtsbijstandkantoor (SRK), die procesrijpe zaken uitbesteedde aan Houthoff. Daarnaast werden advocaat-stagiairs van Houthoff die in hun eerste periode in een advies- of transactiepraktijk werkten, gedetacheerd bij kantoren die bij SRK waren aangesloten.
Na een pilot concludeerde Houthoff dat de samenwerking met Meesters aan de Maas een waardevolle toevoeging is aan de opleiding en ontwikkeling van de stagiairs en ook dat dit een maatschappelijk nut dient. “Ook de sociale advocatuur is hier mee geholpen”, zegt Cybèle Boon, coördinator van het Houthoff Litigation Opleidingsprogramma.
De junioren van Houthoff werken op deze manier aan allerlei andere persoonlijke en advocaatvaardigheden, aldus Boon. “Dat wordt door onze junioren als heel zinvol ervaren.”
Welkome steun
Voor sociaal advocaten is de komst van Zuidasadvocaten een welkome steun. “Heel fijn, omdat we pientere jongens en meisjes krijgen”, zegt Eric Koolen, advocaat bij het sociale kantoor Taelman advocaten (Amsterdam-West) dat samenwerkt met Van Doorne. “Je kunt ze een zaak geven, en dan gaan ze aan de slag en in no time hebben ze alle relevantie jurisprudentie en mooie modellen opgezocht. Dat helpt ons heel erg.”
Het sociale advocatenkantoor werkte al een tijdje samen met Van Doorne. “We waren in gesprek over wat ze konden betekenen wat betreft middelen en abonnementen”, licht Koolen toe. “Daarbij is ook belangrijk dat Van Doorne zegt betere mensen te kunnen krijgen door sociale betrokkenheid te tonen. Op een gegeven moment kwamen ze met het voorstel om advocaat-stagiairs hier zes weken te detacheren, en daar worden we nog voor betaald ook.”
De junioren steken volgens Koolen heel wat op in Amsterdam-West: “Pleiten, praten en erachter komen dat veel zaken snel-snel worden gedaan. En dat het soms op heel andere dingen aankomt dan zij geleerd hebben. Wij kunnen hun leren dat er veel meer uitzonderingen mogelijk zijn dan waar zij weet van hebben. Bijvoorbeeld op de termijn dat je stukken moet aanleveren, of dat je soms echt wel een turbo spoedappel kunt krijgen als je de naam en het e-mailadres hebt van die ene medewerker van de griffie.”
“Je moet ze ook leren hoe je iets sociaal aanpakt”, vervolgt Koolen. “Zorg er bijvoorbeeld voor dat de tegenpartij met opgeheven hoofd uit een conflict kan vertrekken en jou je zin kan geven. Geef complimentjes. En als je dingen weet die nadelig voor de wederpartij zijn, hou dat nog even achter de kiezen, maar hint er alleen naar, zodat de tegenpartij toegeeflijk wordt.”
De samenwerking met Van Doorne voldoet aan de verwachtingen, zegt Koolen. ”Zolang het een ruime periode blijft wel. Die hebben de advocaat-stagiairs echt nodig.”
Op de vraag of de Van Doorne-advocaten moeite hebben met een cultuurkloof, antwoordt Koolen: “Ze moeten leren tegenover iemand te zitten en echt contact te maken. Vroeger waren er ook sociaal advocaten in pak, toen was het moeilijker voor cliënten om ze in vertrouwen te nemen. Nu zijn we informeler. Als ik merk dat iemand niet alles vertelt, verzin ik bijvoorbeeld dat ik een avocado gestolen heb, om dingen los te maken. Er is ons vak een uitdrukking die luidt: ‘Je cliënt is je grootste vijand’. Dat gaat alleen op als tijdens de zitting feiten naar voren komen die je niet tevoren wist. Vertrouwen en daarmee cruciale en wellicht beschamende feiten krijgen is dus belangrijk. Dat geldt ook bij grote kantoren als een bestuurder van een bedrijf in de fout is gegaan.”
Persoonlijke groei
Advocaat-stagiairs bij AKD worden in de loop van hun stage vier tot zes weken gedetacheerd bij de sociale advocatenkantoren Spuistraat 10 in Amsterdam en De Hef Advocaten in Rotterdam.
AKD wil de samenwerking graag uitbreiden. Tijdens de detachering bij de sociale advocatenkantoren behandelen de stagiairs zaken op diverse rechtsgebieden, van huurrecht tot personen- en familierecht.
“Doordat onze stagiairs tijdens de detachering worden begeleid door gespecialiseerde sociaal advocaten, kunnen ze een ander type zaak doen dan ze in hun dagelijkse praktijk tegenkomen”, zegt counsel Michelle Schilperoort, die het project sociale detachering bij AKD leidt.
In de praktijk worden twintig à dertig AKD-stagiairs per jaar gedetacheerd bij een sociaal kantoor. AKD vindt het belangrijk om zo een maatschappelijke bijdrage te leveren. “Daarnaast zien wij dat deze detacheringen een positieve invloed hebben op de ontwikkeling van onze stagiairs”, licht managing partner Carlos Pita Cao toe. “Zij krijgen op deze manier enerzijds de kans om zelfstandig cliënten in kleinere of andersoortige zaken te bedienen en in relatief korte tijd veel proceservaring op te doen, maar anderzijds ook de mogelijkheid om een waardevolle bijdrage te leveren aan de maatschappij, wat door onze stagiairs wordt ervaren als een verrijking. De detachering bij een sociaal kantoor is eenvoudigweg ook bevorderlijk voor je persoonlijke groei en het verbreden van je blik.”
Pro bono rechtsbijstand
Stagiairs bij NautaDutilh volgen een vier maanden durend fulltime opleidingsprogramma. Sociale rechtshulp kan daar deel van uitmaken. NautaDutilh is daarvoor een samenwerking aangegaan met Stichting Je Goed Recht (SJGR), vertelt Merel Guit, manager van het interne opleidingsprogramma NDinstitute.
SJGR verstrekt rechtshulp aan mindervermogende Rotterdammers en kleine zelfstandigen. De rechtshulp bestaat uit twee lijnen: eerstelijns rechtshulp (spreekuren in buurten) en tweedelijns rechtshulp (behandeling van moeilijkere zaken door advocaten). Voor de tweedelijns rechtshulp werkt SJGR samen met Sociaal Advocaten Rotterdam en NautaDutilh.
“Veel van onze legal professionals vinden het belangrijk om een maatschappelijke bijdrage te leveren. Dit doen zij onder andere via ons Impact Programme en door pro bono rechtsbijstand te verlenen”, licht Guit toe. “De samenwerking met SJGR is hier een mooie aanvulling op. Hierdoor kunnen onze stagiairs de sociale praktijk van dichtbij leren kennen. Tevens kunnen ze proceservaring opdoen.”
De samenwerking behelst slechts een klein deel van de zaken die de stagiairs binnen het eigen opleidingsprogramma van NautaDutilh doen. Het kantoor onderzoekt de mogelijkheden om de samenwerking met SJGR te verdiepen. “Er zijn eigenlijk geen minpunten”, stelt Guit. “Wel is het belangrijk om de jonge advocaten hierin goed te begeleiden, niet alleen vakinhoudelijk. Ze worden bijvoorbeeld geconfronteerd met multiproblematiek en krijgen ook te maken met andere problemen waar een cliënt mee worstelt. Een juridisch probleem komt vaak niet alleen.”
Brede balie
Allen & Overy hecht groot belang aan het behoud van een brede balie en de ondersteuning van de sociale advocatuur, zegt Hilde van der Baan, pro bono & community investment-partner. Advocaten van Allen & Overy bieden ondersteuning aan sociale advocatenkantoren en werken daarvoor samen met specialisten op kleinere kantoren.
Daarnaast behandelt Allen & Overy veel pro bono zaken, bijvoorbeeld in samenwerking met het Meldpunt Discriminatie Regio Amsterdam. Van der Baan: “Wij bieden aan alle medewerkers, inclusief stagiaires, de mogelijkheid om naast hun reguliere praktijk pro bono werk te doen.”
Het opdoen van proceservaring door stagiairs is daarbij zeker een plus, maar voor Allen & Overy niet de voornaamste reden. “Onze medewerkers vinden het belangrijk om zich in te zetten voor dossiers met vaak een breder maatschappelijk belang”, licht Van der Baan toe. “Ook kunnen zij via deze dossiers nieuwe kennis vergaren, andere ervaringen opdoen en nieuwe vaardigheden ontwikkelen.”
Alle bovengenoemde commerciële kantoren steunen de Praktizijns-Sociëteit, die een belangrijke rol speelt bij het ter beschikking stellen van kennis aan de sociale advocatuur. •