Laatst had ik weer eens last van studieontwijkend gedrag. Al uren was ik doelloos saaie Instagram-reels aan het kijken. Opeens kwam ik een vrij verontrustend filmpje tegen van een Nederlandse moeder die vol trots vertelde dat ze haar jonge kinderen nog nooit naar school had gestuurd, omdat zij ‘door de natuur’ werden opgevoed. Zij vertelde erbij dat ze er geen problemen mee zou hebben als haar kinderen later analfabeet zouden worden.
Hier schrok ik mij wezenloos van. Het idee dat een ouder, met volledig bewustzijn, haar kinderen van hun fundamentele recht op onderwijs onthoudt, is uiterst zorgwekkend.
Als rechtenstudent begon ik natuurlijk meteen na te denken over wat de visie van ons recht hierop is. Wordt het recht op onderwijs daadwerkelijk zo slecht gehandhaafd dat het in de praktijk aan de kant geschoven kan worden door de overtuigingen van ouders?
Onderwijs verplicht – tenzij je bezwaar hebt
In Nederland geldt de Leerplichtwet. Dit houdt in dat Nederlandse kinderen niet alleen het recht hebben om naar school te gaan, maar zelfs een plicht hiertoe hebben. Dit geldt vanaf hun vijfde tot en met hun zestiende. Thuisonderwijs is in Nederland alleen mogelijk als ouders een vrijstelling van de leerplicht hebben gekregen. Dit is gecodificeerd in artikel 5a en 5b van de Leerplichtwet. Dit is meestal het geval bij specifieke omstandigheden, bijvoorbeeld als het kind lichamelijk of geestelijk niet in staat is om naar school te gaan of bij een specifieke levensovertuiging die niet bij een school past. Ouders moeten dan wel aantonen dat ze bezwaar hebben tegen het onderwijsaanbod van alle basisscholen in de buurt.
Zelf schooltje spelen – zonder toezicht
Aanvraag voor vrijstelling gebeurt bij de gemeente en wordt getoetst door een leerplichtambtenaar. Deze toetst of er sprake is van werkelijke, richtgebonden bezwaren. Problematisch is wel dat gemeenten hier anders mee omgaan: de ene gemeente verleent vrijstellingen snel, andere gemeenten maken het ouders lastig. In het uiterste geval hangt een strafzaak boven hun hoofd. Als de aanvraag wordt geaccepteerd, is het onderwijs volledig de verantwoordelijkheid van de ouder. Dit betekent: geen inspectie, geen lesmaterialen en toetsen van reguliere scholen.
In de praktijk kan een geslaagd beroep op vrijstelling betekenen dat een kind geen enkele vorm van gestructureerd onderwijs krijgt. Momenteel zitten circa 2100 kinderen om deze reden thuis. Kunnen de dromen van deze kinderen om dokter, advocaat of docent te worden dan nog wel uitkomen?
Al jarenlang is er discussie over een mogelijke inperking of afschaffing van artikel 5b van de Leerplichtwet. Daadwerkelijke uitvoering wordt echter steeds uitgesteld. Het wordt tijd dat de wetgever een keuze maakt: óf we laten 2100 kinderen systematisch buiten beeld verdwijnen, óf we erkennen dat het recht op onderwijs ook behoort tot het takenpakket van de overheid – zelfs als ouders dat liever niet zien.
Gebruikte bronnen
‘Deze kinderen gaan niet naar school en dat mag’, nrc.nl
Vrijstelling van de leerplicht op grond van richtingsbezwaren enkele ontwikkelingen in de jurisprudentie van de Hoge Raad