Slachtoffers van criminaliteit willen dat hun privacy wordt beschermd. Zij zijn bang voor de verdachte, bijvoorbeeld als die weet waar ze wonen, of als ze elkaar in het gerechtsgebouw tegenkomen. Hoewel politie, Openbaar Ministerie en rechters het slachtoffer moeten afschermen, wordt dat beleid wordt lang niet altijd nageleefd, zo blijkt uit onderzoek door het Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving (NSCR) en de Vrije Universiteit (VU).
Voor het onderzoek werd een groep politiefunctionarissen, officieren van justitie, rechters en advocaten geïnterviewd en vulden 43 slachtoffers een vragenlijst in. Elf slachtoffers werden geïnterviewd. De onderzoekers stelden vragen als: Wat is het beleid? Kunnen slachtoffers anoniem blijven als zij dat willen? Worden slachtoffers beschermd tegen ongewenste confrontaties met de verdachte? Wat zijn de ervaringen van slachtoffers zelf? De resultaten zijn gepubliceerd in het boek Het zichtbare slachtoffer; privacy van slachtoffers binnen het strafproces.
Schadevergoeding
Slachtoffers van criminaliteit krijgen een steeds belangrijker rol. Zij kunnen spreken op de openbare rechtszitting, schadevergoeding vorderen, en als getuige optreden. De media berichten graag over slachtoffers. Via internet wordt bovendien steeds meer informatie verspreid over strafzaken, en daarmee ook over slachtoffers. Het slachtoffer wordt daardoor steeds zichtbaarder, herkenbaarder, en beter benaderbaar. Het wordt steeds moeilijker, maar ook steeds belangrijker, om zijn privacy te beschermen.
Inbreuk op privacy
Veel slachtoffers weten niet dat persoonlijke informatie in het dossier komt en daarmee ook bij de verdachte. Slachtoffers schrikken daar van, en proberen dit weer terug te draaien, maar dat kan dan niet meer. De politie informeert hen niet altijd over de maatregelen die mogelijk zijn om anoniem te blijven. Aan slachtoffers wordt niet altijd verteld dat op de zitting soms hun naam en adres wordt genoemd. Veel slachtoffers willen de verdachte vermijden, maar binnen gerechtsgebouwen worden zij vaak ongewild met hem geconfronteerd.
Europese regels
Nederland moet voldoen aan de Europese regels die bepalen dat de privacy van het slachtoffer moet worden beschermd. Uit het onderzoek blijkt dat in zwaardere zaken veel wordt gedaan om de privacy van het slachtoffer te beschermen. Maar in minder geruchtmakende zaken wordt het slachtoffer soms gewoon ‘vergeten’. Als dat gebeurt, kan dat diep ingrijpen op het persoonlijk leven van slachtoffers. Van een structurele bescherming van de privacy van slachtoffers is nog geen sprake.
Over het onderwerp wordt op 18 februari een kennismiddag gehouden.
Het onderzoek werd verricht in opdracht van het WODC.