Beroepsopleiding voor start al achterhaald

Delen:

De nieuwe beroepsopleiding voor advocaten schiet nu al tekort. Het is té veel gefocust op de juridische inhoud en er is onterecht té weinig aandacht voor onderwijs in belangrijke ‘soft skills’. De Advocatenorde lijkt daarmee voorbij te zijn gegaan aan de opleidingsbehoeften van de toekomstige advocaat. Dat blijkt uit een rondgang langs een aantal middelgrote advocatenkantoren die Mr. heeft gemaakt.

In september berichtte deze site over een onderzoek van Cassandra Seelemeijer die in opdracht van OSR Juridische Opleidingen de toekomstige opleidingsbehoeften van advocaten onderzocht. Seelemeijer sprak met kantoordirecteuren, HR-managers en partners van middelgrote Nederlandse advocatenkantoren (30-100 advocaten). Zij gaven aan dat het noodzakelijk is om het opleidingsaanbod voor advocaten aan te passen om beter in te spelen op ontwikkelingen in de advocatuur. De advocaat wordt immers steeds meer ondernemer en strategisch adviseur en de cliënten van nu verwachten commerciële oplossingen. Daar moet veel meer aandacht voor komen in het opleidingsaanbod, vinden de kantoren. Zij noemen de samenhang tussen de juridische inhoud en vaardigheden en een duidelijke koppeling met de praktijk van de kantoren essentieel. Dit onderzoek geeft aanleiding om een aantal onderzochte kantoren eens te vragen naar hun visie op de Beroepsopleiding Advocaten die in september 2013 van start gaat.

Klassieke rol

Stefan Bakkerus, advocaat en hoofd kennismanagement bij Nysingh, vindt de nieuwe opleiding een goede stap vooruit, maar vraagt zich wel af of het curriculum evenwichtig genoeg is. “Een aanzienlijk deel van het curriculum is gericht op onderwijs over het materiële recht. Dat is de taak van de universiteiten. Zij leveren geschoolde juristen af. De beroepsopleiding  zou juristen moeten helpen om het beroep van advocaat te kunnen uitoefenen.”  Bakkerus vindt het daarom van belang dat de nadruk  bij de opleiding veel meer komt te liggen op de ontwikkeling van vaardigheden. “Enkele dagdelen volstaan niet.  Als er onderwijs wordt gegeven in het materiële recht, dan zou dit vooral moeten gebeuren in het kader van de training van vaardigheden.” Daarnaast vraagt hij zich af of het curriculum rekening  houdt met de verschillen tussen de praktijken waarin de beginnende advocaten werkzaam zijn: grotere, meer gespecialiseerde kantoren tot kleinere kantoren met een algemene praktijk. “Bovendien verandert de wereld om ons heen en daarmee verandert ook de positie van de advocaat. Een advocaat moet van alle markten thuis zijn: hij is niet alleen professional maar hij is al snel ook begeleider, leidinggevende en in meerdere of mindere mate ondernemer. Met die uiteenlopende rollen worstelen advocaten in de praktijk nog wel eens. Ook daaraan zou al in een vroeg stadium van de opleiding aandacht kunnen worden besteed.  Die onderwerpen zie ik niet in de opleiding opgenomen. De Orde beperkt het onderwijs wel erg tot de klassieke rol als professional.  Het mag allemaal wel wat moderner.” 

Mare Terpstra, HRM-adviseur bij Hekkelman Advocaten en Notarissen, vreest zelfs dat de beroepsopleiding binnen een aantal jaren weer herzien moet worden. “De Beroepsopleiding Advocaten is naar mijn idee niet erg vernieuwend. Her en der is het wat aangescherpt, vooral de juridische inhoudelijke kwaliteit, maar veel veranderd is het niet.” Zij is het volledig met Bakkerus eens dat er onterecht te weinig nadruk ligt op de ‘soft skills’. “Een gemiste kans”, aldus Terpstra. “Het onderwijs moet veel vooruitstrevender worden. Het moet inspelen op de bewegingen in de markt. We hebben geen behoefte aan klassieke juristen, maar aan actieve, efficiënte, effectieve advocaten die weten hoe ze moeten ondernemen. Inhoud is niet meer genoeg.”

Zaadjes planten

Ook Mark Jansen, kennismanager bij Dirkzwager, zegt dat het goed is dat er een nieuwe opleiding komt maar ook dat het nog beter had gekund. “De Orde had wellicht beter kunnen onderzoeken waar de kantoren behoefte aan hebben. Er zijn wel gesprekken gevoerd, maar dat was in een fase waarin het skelet van de opleiding al klaar en grotendeels ingevuld was. Het was een goede route geweest om ons in een eerder stadium te betrekken. Het is belangrijk eerst de vraag van de markt in kaart brengen alvorens met een antwoord te komen.” Jansen wijst in dit kader op het veranderende juridische landschap waarin de advocaat steeds meer als ondernemer moet optreden. “Advocaten moeten in toenemende mate buiten hun vakgebied opereren. Bewust zijn van de ontwikkelingen die invloed hebben op het werk maar niet juridisch van aard zijn. En weten hoe ze daarmee om moeten gaan. Natuurlijk leren ze dat gaande weg ook, maar het zou beter zijn als daarvoor al in een vroeg stadium de zaadjes worden geplant. In de opleiding is wel aandacht voor vaardigheden, maar ook die zien met name op de juridische kant zoals intake- en adviesgesprekken. Er moet juist stevig worden ingezet op de basisvaardigheden die van elementair belang zijn voor het ondernemerschap om de advocaat van de toekomst te kunnen bedienen.”

Toekomstvisie

Bovendien vindt Jansen het jammer dat een duidelijke visie op de advocaat van de toekomst ontbreekt. “Er is een nieuwe beroepsopleiding die moet aansluiten bij de toekomstige advocaat, maar het is niet duidelijk hoe die advocaat er eigenlijk uit ziet. De opleiding had beter kunnen zijn als dat beeld helder voor ogen had gestaan.”

Onderzoeker Seelemeijer vindt het ook onbegrijpelijk hoe de Orde te werk is gegaan. “Opleiding is een fantastisch instrument om advocaten te ontwikkelen. Daar moet dan ook een strategische visie als uitgangspunt onderliggen. Ik heb dat nergens terug kunnen vinden.” Seelemeijer, die in haar rapport al tot de conclusie kwam dat er behoefte is aan andersoortig onderwijs, begrijpt de kritiek van de kantoren goed. “Ik vermoed ook dat deze kritiek advocatuur breed geldt. Ze zijn zo veel tijd en geld kwijt aan de opleiding. Daar moet dan wel een opleiding tegenoverstaan die toegevoegde waarde heeft en aansluit bij wat kantoren nodig hebben. Er gebeurt van alles op de juridische markt en ik kan niet verklaren waarom de Orde daar weinig tot niets mee doet in de nieuwe opleiding. De Orde had moeten doen wat ik op kleine basis heb gedaan; degelijk onderzoek naar strategische plannen van advocatenkantoren doen en dat doorvertalen naar opleidingsbehoeften. Dan waren er waarschijnlijk heel andere keuzes gemaakt.”

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Meest gelezen berichten

Van onze kennispartners

Juridische vacatures

Scroll naar boven