Özgür (36, zijn achternaam is bekend bij de redactie) heeft al een keer of zes meegedaan aan geneesmiddelenonderzoek. Hij begon uit nieuwsgierigheid naar hoe zo’n onderzoek in z’n werk gaat – en vooruit: ook omdat het goed betaalde. ‘Het ligt er een beetje aan wat voor onderzoeken je doet, maar het levert al snel een paar duizend euro per keer op’, vertelt hij.
De eerste keer dat hij meedeed, werd een medicijn tegen epilepsie op hem getest. ‘Dat was gelijk best een heftige. Ik moest het ruim een week lang elke dag innemen en werd er heel slaperig van.’ Van andere medicijnen, zoals die tegen darmaandoeningen, suikerziekte en het Angelmansyndroom (een aangeboren hersenaandoening), merkte hij dan weer weinig.
De meeste medicijnonderzoeken vinden intern plaats, in een kliniek. Bij dit zogeheten fase 1-onderzoek kijken onderzoekers hoe (gezonde) deelnemers een middel verdragen in verschillende doseringen. Deelnemers krijgen in het bijzijn van een arts of verpleegkundige het onderzoeksmiddel toegediend en worden goed in de gaten gehouden. Zo wordt regelmatig hun bloeddruk, temperatuur, bloed en urine gecheckt. Tussen de controles door kunnen ze bijvoorbeeld tv-kijken, netflixen, gamen, darten, biljarten of tafeltennissen in het onderzoekscentrum.
Hersenschade
In Nederland gelden strenge regels voor geneesmiddelenonderzoek met mensen. In ons land is voor zover bekend nog nooit een gezonde deelnemer ernstig gewond geraakt bij fase 1-onderzoek. Maar bijwerkingen zijn niet allemaal te voorspellen. Daarom is niet helemaal uit te sluiten dat het fout gaat. In Frankrijk, waar de regels voor medisch onderzoek op mensen ook zeer streng zijn, liep een onderzoek voor een nieuwe pijnstiller… Lees verder