Hoogleraarschap Böhler vrijwel onopgemerkt

Delen:

Britta Böhler
Britta Böhler. Foto UvA

Advocaat Britta Böhler volgde in 2012 Floris Bannier op als bijzonder hoogleraar Advocatuur (UvA). Aan de juridische wereld is haar professoraat vrijwel onopgemerkt voorbijgegaan, zo blijkt uit een kleine peiling. Zelf is ze wél tevreden.

Hans van Wijk
Hans van Wijk

Haar voorganger Floris Bannier (NautaDutilh) was alom in de media te vinden, maar rond Böhler was het een stuk stiller. “Wij hadden meer van Britta Böhler verwacht toen zij werd benoemd”, zegt Hans van Wijk, bestuursvoorzitter van de Vereniging van Civiele Cassatieadvocaten (VCCA). “Zij is als hoogleraar advocatuur tamelijk onzichtbaar geweest. Dat geldt voor wat betreft haar visie op de advocatuur in zijn algemeenheid en in het bijzonder voor haar opvattingen over de civiele cassatieadvocatuur. Zij heeft zich, voor zover ons bekend, nimmer over de civiele cassatie uitgelaten. Haar opvolger zou in ieder geval meer zichtbaar moeten zijn, ook in de media.”

Waardering is er ook. Volgens Geertruid van Wassenaer (Van Wassenaer Wytema Letselschadeadvocaten, Haarlem), voorzitter van de Vereniging van Letselschade Advocaten, heeft Böhler “voldoende gedaan om het vak van advocaat meer invulling te geven”. Haar dochter studeerde rechten aan de UvA “en heeft hoog van haar opgegeven. Zelf heb ik niet veel van haar voorbij zien komen, maar dat kan aan mij liggen”, zegt Van Wassenaer.

Als Böhler heeft gepubliceerd, is ze daarmee niet echt naar buiten gekomen. Op haar persoonlijke pagina van de Universiteit van Amsterdam staan slechts twee werken genoemd: het boek Togadragers in de rechtsstaat (samen met twee coauteurs, 2013) en de ondertekening van het manifest Academics Against Mass Surveillance (2014), dat Böhler met zo’n vijftig anderen heeft opgesteld. Nevenwerkzaamheden – zoals haar baan als advocaat – worden daarbij niet genoemd.

Algemene praktijkadvocaat

Dianne Kroezen
Dianne Kroezen

Dianne Kroezen, voorzitter van de Vereniging van Familierecht Advocaten Scheidingsmediators (vFAS) spreekt haar waardering uitwegens haar specifieke deskundigheid’. “Maar op het gebied van het personen- en familierecht is mevrouw Böhler voor mij weinig zichtbaar geweest.”

Kroezen denkt dat de leerstoel een toegevoegde waarde heeft om de advocatuur op niveau te houden. “Met name op ‘gedragstechnisch’ niveau kan de advocatuur nog wat slagen maken. De ethische kant van ons vak in de huidige complexe maatschappij is een onderdeel dat zeker aandacht verdient van een nieuwe hoogleraar.”

Die zou, zegt Kroezen, kunnen onderzoeken of een algemene praktijkadvocaat als een soort ‘huisarts’ kan fungeren voor eerstelijnsadvies en of deze moet doorverwijzen naar een specialist zodra er specifieke kennis wordt vereist. Ook suggereert Kroezen een onderzoek naar wat ervoor nodig is de advocatuur een goed imago te verlenen wegens deskundigheid zonder direct ook het etiket ‘duur’ eraan te verbinden.

Andere invulling

De Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA), die de leerstoel Advocatuur heeft ingesteld, wil geen reactie geven. De NOvA wil het hoogleraarschap van Britta Böhler binnenkort met haar evalueren, en noemt het daarom “niet chic” om hierover nu met Mr. te communiceren.

Zelf wil ze wel graag reageren. “Ik denk niet dat je het hoogleraarschap moet beoordelen aan de hand van het aantal mediaoptredens,” zegt ze. “Maar het klopt dat ik een andere invulling heb gegeven aan de functie dan mijn voorganger, en ook dat ik mij niet zag als woordvoerder voor een bepaald specialisme zoals de civiele cassatiepraktijk.”

Als kerntaken van de hoogleraar advocatuur noemt Böhler onderwijs, onderzoek en het bevorderen van het maatschappelijk debat. “Daar heb ik me de afgelopen vijf jaar op geconcentreerd, en op alle drie gebieden moest er bij mijn aantreden veel gebeuren. Zo heb ik bijvoorbeeld het onderwijs grondig vernieuwd (zowel voor bachelor- als voor masterstudenten zijn er nieuwe vakken ontwikkeld), bachelor- en masterscripties begeleid, een onderzoeksinstituut opgericht (Amsterdam Centre on the Legal Professions), samen met mijn vakgroepcollega’s het boek Togadragers in de rechtsstaat geschreven, en (in samenwerking met NRC Handelsblad) de wekelijkse ‘Togacolumn’ opgezet. Daarnaast heb ik me vooral gericht op het geven van lezingen en het schrijven van artikelen over de beroepsethiek van advocaten.”

Begrip van de advocatuur

De Bijzondere Leerstoel Advocatuur is ingesteld door de Nederlandse Orde van Advocaten en wordt gefinancierd door de Stichting Leerstoel Advocatuur. Doel is ‘het bevorderen en beoefenen van onderzoek van onderwerpen die de advocatuur betreffen, het bevorderen van kennis, inzicht en begrip van de betekenis van de advocatuur in de maatschappij, het bevorderen van aandacht voor, kennis en begrip van de advocatuur bij studenten en in ruimere zin binnen de academische wereld’ – aldus de functieomschrijving.

De eerste hoogleraar advocatuur was Bert Quant, advocaat bij CMS. Hij werd in 2004 opgevolgd door Floris Bannier (NautaDutilh) en hij droeg in 2012 het stokje weer over aan Britta Böhler, verbonden aan Prakken d’Oliveira. Het is nog niet bekend wie haar gaat opvolgen.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Meest gelezen berichten

Van onze kennispartners

Juridische vacatures

Scroll naar boven