Slachtoffers en hun rechten is een onderwerp dat volop in de belangstelling staat. Afgelopen week kwam staatssecretaris Teun Struycken (Rechtsbescherming) met de ‘meerjarenagenda slachtofferbeleid’. Hij wil meer recht doen aan slachtoffers van strafbare feiten, door een betere uitvoering van bestaande slachtofferrechten én versterking daarvan. En deze week, op 2 juli, debatteert de Tweede Kamer over het onderwerp.
Reflectie
Als bijdrage aan het maatschappelijk debat publiceerde Otte namens het OM het essay Slachtoffers en slachtofferrechten – Een schets van wet en werkelijkheid. Hij komt daarin met een reflectie op de vraag hoe in de praktijk van het strafrecht beter tegemoet kan worden gekomen aan de belangen en behoeften van het slachtoffer. Want de toegenomen aandacht voor slachtoffers en de daaruit voortvloeiende slachtofferrechten brengen uitdagingen en dilemma’s mee voor degenen die zich met strafrecht bezighouden.
Onvoldoende gezien en gehoord
In het werk van het Openbaar Ministerie staan de verdachte en het gepleegde delict centraal, en is er lang niet altijd aandacht voor het slachtoffer. Gevolg: slachtoffers voelen zich vaak niet of onvoldoende gezien en gehoord. Onlangs uitte de Algemene Rekenkamer in zijn Verantwoordingsonderzoek nog kritiek op de gebrekkige informatievoorziening aan slachtoffers van misdrijven aan. In een kleine twintig procent van de gevallen worden zij niet adequaat geïnformeerd door het Openbaar Ministerie over het verloop van hun zaak, terwijl zij daar recht op hebben.
Weerbarstige werkelijkheid
Otte schrijft in zijn essay dat slachtoffers duidelijk, tijdig en toegankelijk informatie moeten krijgen over het verloop van een strafproces en over hun mogelijke rol daarin. Dat kan bijdragen aan het herstel van de schade die de dader aanrichtte in hun leven. Het OM heeft een verbeterproces in gang gezet om binnen de organisatie kennis te verspreiden over slachtofferrechten en om de taken op dit gebied beter uit te oefenen. Maar het is belangrijk om realistisch te zijn, aldus Otte; de werkelijkheid is weerbarstig en er zijn grenzen aan wat organisaties als de politie, het OM en de Rechtspraak kunnen bieden.
In gesprek
Ook waarschuwt hij dat meer rechten niet altijd meer recht betekenen. “Te hoge verwachtingen over de helende werking van het strafrecht werkt teleurstelling in de hand, wat extra belastend is en soms zelfs traumatisch kan uitwerken.” Otte concludeert dat alle partijen in de strafrechtspleging die met slachtoffers en hun belangen te maken hebben daarom in gesprek moeten blijven over hoe het beste tegemoet kan worden gekomen aan wat zij nodig hebben “opdat zij, ondanks het onrecht dat hun is aangedaan, verder kunnen met hun leven”.