In beginsel is er geen wettelijk verbod op het doneren van organen na het overlijden als gevolg van euthanasie. Ondanks de juridische mogelijkheid zullen er echter praktische onmogelijkheden zijn. De overledene dient medisch geschikt te zijn om organen te doneren. Nu euthanasie veelal gekozen wordt wanneer een persoon lijdt als gevolg van een ziekte, is orgaandonatie vaak niet mogelijk.
Wetsvoorstel brengt mogelijkheid donatie dichterbij
Er zijn mensen die op enig moment hun leven als voltooid beschouwen. Zij menen te lijden aan een voor hen te lang geworden leven. Het ‘Wetsvoorstel toetsing levenseindebegeleiding van ouderen op verzoek’ zal een uitzondering maken op de strafbaarstelling van hulp bij zelfdoding door een levenseindebegeleider. Hierdoor kan een beperkte groep mensen op een zelfgekozen moment het leven waardig beëindigen. In de memorie van toelichting wordt hierover gezegd: ‘‘Daarbij dient opgemerkt te worden dat een voltooid leven een persoonlijke ervaring betreft, hetgeen ook naar voren komt uit onderzoeken, en dat er geen eenduidige omschrijving van het begrip voltooid leven te geven is’.’ Van ziekte hoeft dus geen sprake te zijn. Door donatie na euthanasie kan men de donorwachtlijsten inkorten. Nog een positief gevolg is dat men de mogelijkheid heeft om een eventuele wens in vervulling te laten gaan om aan het einde van het leven nog iets voor een ander iets te kunnen betekenen. Op dit moment vindt donatie na euthanasie al plaats, met name in het buitenland. Als het wetsvoorstel aangenomen wordt, wordt de mogelijkheid van donatie na euthanasie echter groter. In de wetsgeschiedenis is helaas niet stilgestaan bij hoe moet worden omgegaan met het feit dat een wilsverklaring inzake euthanasie na een voltooid leven beïnvloed kan worden door de wens om voor een ander iets te betekenen door middel van orgaandonatie. Die wilsverklaring mag namelijk niet beïnvloed worden.