Dat oordeelde de beroepscommissie van de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ) naar aanleiding van een foto van een gedetineerde op Snapchat. Hij werd teruggeplaatst naar het basisprogramma en de beroepscommissie oordeelde dat deze ‘degradatie’ niet onredelijk of onbillijk was. De degradatie was gebaseerd op artikel 1d van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden, na de wetswijziging van 1 oktober 2020.
‘Ongewenst gedrag’
De beroepscommissie oordeelt dat het poseren voor een foto die is gemaakt in een cel, waarop meerdere gedetineerden lachend zichtbaar zijn en waarbij die foto op social media is gesignaleerd, kan worden aangemerkt als ‘ongewenst gedrag’. Zo staat dat ook in de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing. De beroepscommissie oordeelt hiermee anders dan de beklagcommissie, die de gedetineerde in het gelijk had gesteld en hem een tegemoetkoming had toegekend van 30 euro.
‘Ontoelaatbaar gedrag’
De directeur had een andere gedetineerde wegens een foto op social media eerder gedegradeerd wegens ‘ontoelaatbaar gedrag’ (zie S-20/4683/SGA). De schorsingsvoorzitter oordeelde dat deze gedraging niet valt onder de gedragingen die in de regeling als ‘ontoelaatbaar’ gedrag zijn bestempeld. De gedetineerde in deze zaak was eerder ook gedegradeerd wegens ‘ontoelaatbaar gedrag’ en is vervolgens op grond van ‘ongewenst gedrag’ gedegradeerd.