Sonja de Pauw Gerlings-Döhrn begon veertig jaar geleden als kinderrechter. Aanvankelijk was ze nooit van plan kinderrechter te worden, maar na een tijdje meegelopen te hebben, was ze verkocht. Ze werd spin in het web voor een paar honderd kinderen met wie het niet goed ging. Baby’s van drugsverslaafde moeders, mishandelde kinderen, een zoon van Jehova’s getuigen die taaislijmziekte had… Ze maakte vele dingen mee en heeft in die jaren veel zien veranderen.
Ook Jans Olthof had nooit gedacht rechter te worden. Als plattelandsjongen ging je aan het werk zodra dat kon. Maar de leraar van Olthof spoorde hem aan om door te leren. Wat hij belangrijk vindt als kinderrechter is snel ingrijpen als jongeren dreigen te ontsporen. “Anders ben je te laat. Je zegt toch ook niet tegen je kind: jij krijgt geen zakgeld in november omdat je in de zomer snoep hebt gepikt?”