Jeugdhulpverlening werkt met ‘drang’, wettelijke onderbouwing ontbreekt

Als ouders niet vrijwillig meewerken in de jeugdhulpverlening, wordt er ook wel drang uitgeoefend. Het komt voor dat kinderen uit huis worden geplaatst zonder tussenkomst van een rechter. In haar proefschrift beschrijft Denise Verkroost de juridische problemen rondom het fenomeen ‘drang’. Zij promoveert 27 oktober aan Universiteit Leiden.

Delen:

Jeugdhulpverlening werkt met ‘drang’, wettelijke onderbouwing ontbreekt - Mr. online
Foto: Depositphotos

In Nederland zijn alleen het vrijwillige en het gedwongen kader van jeugdhulpverlening wettelijk geregeld. Toch worden ouders onder druk gezet om ‘vrijwillig’ hulp te accepteren. Hier is sprake van ‘drang’ – tussen vrijwillig en dwang in. Volgens Denise Verkroost is deze drang niet bij wet geregeld. “Het is daardoor niet duidelijk wat de rechten van de betrokken ouders en kinderen zijn.” In ieder geval is het onduidelijk hoe ouders een onafhankelijke partij naar hun situatie kunnen laten kijken. “Bij het gedwongen kader komt er duidelijk een rechter aan te pas, maar bij drang is dat niet het geval.”

Uithuisplaatsing

In de praktijk lijkt drang in de hulpverlening op gedwongen ondertoezichtstelling. Ook zijn er bij drangtrajecten kinderen uit huis geplaatst zonder dat er een rechter aan te pas is gekomen, tegen de wil van de ouders. Hierover zijn grote zorgen, stelt Verkroost. “Deze drang lijkt op dwang, maar dan zonder de rechtswaarborgen.” Ook een gedeelte van de uithuisplaatsingen in de toeslagenaffaire valt binnen het drangkader, aldus Verkroost, “maar het is onduidelijk hoeveel dat er zijn”.

Kinderbeschermingsmaatregel

Bij drang worden ouders, vaak met de beste bedoelingen, onder druk gezet om aanwijzingen van hulpverleners op te volgen. Als ouders niet meewerken, kunnen er vervolgstappen worden ondernomen, wat kan leiden tot een kinderbeschermingsmaatregel. Volgens Verkroost werden kinderen soms uit huis geplaatst op basis van afspraken of juist het niet nakomen van deze afspraken door ouders. Werken ouders niet mee, dan wordt gedreigd met een onderzoek door de Raad van de Kinderbescherming, wat weer kan leiden tot een kinderbeschermingsmaatregel. “Ouders zijn angstig voor de gang naar de kinderrechter, terwijl zij daarbij eigenlijk een veel betere rechtspositie hebben.”

Informed consent

Verkroost stelt in haar proefschrift Met zachte drang voor om het vrijwillige kader af te bakenen, namelijk tot waar ouders goed geïnformeerd en vrij toestemming (‘informed consent’) kunnen geven voor de hulpverlening. Voor hulp zonder informed consent moet een wettelijke basis komen.

Lees hier de kindvriendelijke samenvatting van het proefschrift, geschreven door de promovenda.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven