Meer verschillen tussen financiële bijdragen van advocaten aan de NOvA

De Nederlandse Orde van Advocaten bereidt zich voor op de verwachte kostenverhoging als gevolg van een nieuw stelsel van toezicht. De jaarlijkse financiële bijdragen van advocaten aan de orde worden verder gedifferentieerd. Vanuit het uitgangspunt ‘de sterkste schouders moeten de zwaarste lasten dragen’ komen er twee inkomenscategorieën bij, met grenzen van 100.000 en 200.000 euro.

Delen:

Meer verschillen tussen bijdragen van advocaten aan de NOvA - Mr. Online
Algemeen deken Jeroen Soeteman (rechts) geeft een toelichting.

De bijdrage voor advocaten aan de landelijke orde wordt berekend op basis van de verschillende categorieën. Het plan voor meer differentiatie, afkomstig van de algemene raad van de Nederlandse Orde van Advocaten, kan in grote lijn rekenen op steun van het College van Afgevaardigden (CvA), zo bleek tijdens de vergadering op 30 september.

De algemene raad wil het nieuwe systeem laten ingaan op 1 januari 2025. Algemeen deken Jeroen Soeteman benadrukte dat het niet de bedoeling is om met de nieuwe inkomenscategorieën meer geld binnen te halen. Hij sprak in dit verband van een proefopstelling die de NOvA de mogelijkheid geeft om zicht te krijgen op de benodigde financiële gegevens van advocaten. Zo wil de orde goed beslagen ten ijs komen als het nieuwe toezichtsstelsel wordt ingevoerd en als dit, zoals de verwachting is, gepaard gaat met een kostenstijging voor advocaten.

In de huidige situatie zijn er voor de bepaling van de financiële bijdrage voor advocaten twee categorieën: een inkomen tot 40.000 euro (een jaarlijkse bijdrage van 339 euro) en vanaf 40.000 euro (een jaarlijkse bijdrage van 1038 euro). Advocaten worden automatisch ingedeeld in de hoogste categorie en kunnen met bewijsmiddelen aantonen in de laagste categorie thuis te horen.

Niet in beton gegoten

De algemene raad stelt in het nieuwe stelsel bijdragen voor van 300 euro (voor de categorie onder de 40.000 euro), 900 euro (voor de categorie vanaf 40.000 euro tot 100.000 euro), 1200 euro (voor de categorie van 100.000 euro tot 200.000 euro) en 1500 euro (voor de categorie vanaf 200.000 euro). Volgens Soeteman zijn dit indicatieve cijfers. “Het voorstel is niet in beton gegoten.”

In de nieuwe situatie hanteert de NOvA bij de bepaling van het inkomen van advocaten het vertrouwensbeginsel. De orde gaat ervan uit dat de advocaten de gegevens over de inkomenscategorie naar waarheid invullen. Als een advocaat geen categorie invult, komt hij automatisch in de hoogste categorie terecht, van 200.000 euro dus. Er wordt nog nagedacht over steekproeven.

Het CvA was wel kritisch over het idee van de algemene raad om bij de berekening van de eigen bijdrage uit te gaan van een ander inkomensbegrip. Op dit moment wordt de hoofdelijke bijdrage van advocaten berekend op basis van ‘bruto inkomsten uit arbeid’. Dat wordt veranderd in ‘inkomen’ omdat dit volgens de NOvA een eenduidig en objectief fiscaal begrip is.

Door die verandering kan het inkomen voor de berekening van bijdrage lager uitkomen, bijvoorbeeld door de mkb-vrijstelling of hypotheekaftrek. Het kan ook hoger uitvallen omdat pensioen en arbeidsongeschiktheidsuitkering meetellen.

Ingewikkelder

Een aantal leden van het CvA voerde aan dat de aanpassing van het inkomensbegrip de situatie alleen ingewikkelder maakt. Soeteman bracht daar tegenin dat het huidige systeem niet ideaal is. Op dit moment moeten advocaten die voor het lage tarief in aanmerking willen komen, dat zelf aanvragen. Doen ze dat niet, dan worden ze automatisch ingedeeld in de hogere categorie. Soeteman zegt dat vijftien procent van aanvragers moeite heeft om de juiste gegevens te verstrekken.

De algemene raad is zelfstandig bevoegd op dit onderwerp, maar denkt na over de inbreng van het CvA en komt in december met een verder uitgewerkt besluit.

De voorstellen van de algemene raad zijn een rechtstreeks gevolg van de plannen om een Onafhankelijk Toezichthouder op de Advocatuur op te richten. De advocatuur moet de kosten daarvoor zelf betalen. Nu zijn de dekens nog verantwoordelijk voor het toezicht.

Op 10 september liet staatssecretaris Teun Struycken aan de Tweede Kamer weten dat de hervorming van het advocatentoezicht vertraging oploopt. Het uitstel heeft te maken met een motie van VVD-Kamerlid Ulysse Ellian. De staatssecretaris wil die motie in het nieuwe toezichtmodel verwerken. De motie, op 18 juni aangenomen door de Kamer, wijkt volgens de staatssecretaris wezenlijk af van het toezichtsvoorstel van Struyckens voorganger Franc Weerwind.

 

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven