Mijdrechtse advocaat trotseert Utrechtse deken

Delen:

Beeld bij verzet tegen dekentoezichtAdvocaat Rix Ronday uit Mijdrecht pikt het niet dat hij zijn boeken moet openen voor de deken van het arrondissement Utrecht. De deken, Tonco Roest Crollius, eist dat Rondays kantoor de jaarcijfers over de drie voorgaande jaren overlegt.

De deken motiveert zijn eis met het argument dat Ronday ‘in aanzienlijke mate werkzaam is op toevoegingsbasis’. In reactie op de weigering van Ronday (Ronday & Hartman Advocaten) heeft de deken een klacht ingediend tegen de Mijdrechtse advocaat. De zaak dient op 14 september bij de Raad van Discipline.

De actie van de deken is een uitvloeisel van het proactief toezicht op advocatenkantoren die vooral van gefinancierde rechtshulp leven. De omzetten in die sector lopen terug, en de dekens willen weten hoe deze advocaten het hoofd boven water houden. Voor dit risicogestuurd toezicht selecteren de dekens advocaten die veel toevoegingen doen en bovendien scoren op ‘specifieke aandachtspunten’ van de Raad voor de Rechtsbijstand, schrijft Roest Crollius. Hoeveel advocaten zo’n brandbrief hebben gekregen, is niet bekend. De dekens houden dat niet bij. Uit de rondvraag van Rix Ronday onder collega-advocaten valt af leiden dat hij de enige is in het arrondissement Utrecht.

Ronday is van mening dat de deken bij hem aan het verkeerde adres is. Hij vindt het gek dat hij er out of the blue uit wordt gepikt. “Ik ben al dertig jaar advocaat, en ik heb altijd zwarte cijfers geschreven. Ik heb meegewerkt aan alle audits. Waarom begint de deken niet met het controleren van advocaten die helemaal van toevoegingen leven? Ik weet niet eens hoeveel procent van mijn omzet uit toevoegingen bestaat. Dat hou ik niet bij, en dat hoeft ook niet.”

Hij kan alleen gissen op welke aandachtspunten van de Raad voor de Rechtsbijstand hij is geselecteerd. “Ik heb in 2013 een beslagleggingskwestie gehad, maar die is opgelost. Moet ik 2015 mijn boeken openen voor een kwestie uit 2013?”

De advocaat vindt dat er sprake is van willekeur. Maar dat is niet zijn enige bezwaar. “Ik heb moeite met de afwezigheid van een procedure. Wie garandeert dat mijn gegevens vertrouwelijk worden behandeld? En wat zijn verder mijn waarborgen? Ik vind dat er een verordening moet komen voor dit proactieve toezicht door de dekens.” Hij vervolgt: “Ik heb de deken gevraagd wat zijn beleid is, maar daar krijg ik geen antwoord op. In plaats daarvan sleept hij me voor de Raad van Discipline.” De deken beroept zich daarbij op de Advocatenwet (in een tuchtrechtelijke situatie moet de advocaat alle gevraagde gegevens aan de deken verstrekken). Volgens Ronday hoeft dat niet omdat er geen klacht tegen hem is ingediend. Maar voorzitter Bas Martens van het landelijk dekenberaad zegt dat advocaten moeten meewerken aan dossieronderzoek door de deken. Dat volgt uit uitspraken van het Hof van Discipline.

Als de deken inzage wil in de kantoorcijfers, kan hij ook het handelsregister raadplegen, meent Ronday. Het kantoor Ronday & Hartman Advocaten heeft namelijk de bv-vorm en publiceert dus het jaarverslag.

De Utrechtse deken Tonco Roest Crollius wil maar mondjesmaat op de zaak ingaan. “De kwestie ligt aanmerkelijk genuanceerder,” verklaart hij. “Maar ik kan pas een toelichting geven als het onderzoek helemaal achter de rug is. Niet alleen van deze zaak, maar ook van soortgelijke zaken.” De deken vervolgt: “U licht er een kleine, weinig beduidende casus uit. Dit onderwerp is daarom naar mijn mening geen bericht waard.”

Of er meer advocaten als Ronday zijn die hun kont tegen de krib gooien is onduidelijk. Voorzitter Hein Vogel van de Vereniging Sociale Advocatuur Nederland (VSAN) kent geen andere voorbeelden. De dekens houden landelijk geen cijfers bij van het aantal procedures waarbij verzet tegen toezicht wordt gedaan, zegt Bas Martens. Hij voegt daaraan toe dat sinds de versterking van het toezicht verzet daartegen incidenteel voorkomt.  “Daarbij kan het bijvoorbeeld gaan om bezwaar tegen een kantoorbezoek of een weigering om stukken te verstrekken,” licht Martens toe. De gevallen verschillen van aard. Vaak wordt in overleg met de advocaat – en na verduidelijking – alsnog een oplossing gevonden. “Soms moet de tuchtrechter er aan te pas komen. In een enkel geval wordt bestuursrechtelijk geprocedeerd om toezicht te voorkomen.” 

Martens gaat niet in op de zaak-Ronday. Hij legt uit dat het proactief toezicht van de dekens deel uitmaakt van het beleid om financiële problemen van advocaten vroegtijdig te signaleren. De dekens doen dat niet alleen op eigen initiatief, maar reageren ook op signalen van ‘vreemde bewegingen in toevoegingsland’. Die signalen kunnen afkomstig zijn van de Raad voor de Rechtsbijstand, rechters, het Openbaar Ministerie of bestuursorganen. Martens: “Het kan bijvoorbeeld gaan om stagiaires die opvallend veel toevoegingen doen.”  Een deken kan na onderzoek naar de Raad van Discipline stappen, maar hij kan de zaak ook afdoen met een dekenbezwaar, coaching aanbieden of een ‘normoverdragend gesprek’ voeren.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven