Maandag 1 november is de nieuwe Wet Griffierechten in Burgerlijke Zaken (Wgbz) in werking getreden. Deze wet vervangt de Wet Tarieven in burgerlijke zaken. Daarnaast voorziet hij in vaste tarieven voor griffierechten in civiele zaken die bij elke gerechtelijke instantie in Nederland komen.
De wet komt voort uit een wetsvoorstel van oud-minister Hirsch Ballin van Justitie waarmee de Eerste Kamer heeft ingestemd en dat een geheel nieuw griffierechtenstelsel introduceert. Griffierecht is een bijdrage in de kosten voor een procedure bij een gerechtelijke instantie, zoals de rechtbank. De methode van berekening van de hoogte van het griffierecht onder de Wet Tarieven in burgerlijke zaken is te ingewikkeld en leidt tot grote diversiteit aan tarieven. Voor mensen met een laag inkomen komt er een vast laag tarief in plaats van de gedeeltelijke vrijstellingsregeling, die nu wordt gebruikt.
De nieuwe, vaste tarieven zijn met ingang van 1 november 2010 van kracht op dagvaardingszaken waarvan de eerste roldatum op of na 1 november 2010 is gelegen. Voor verzoekschriften geldt het nieuwe griffierecht indien het verzoekschrift wordt ingediend op of na 1 november 2010.
De heffing en incasso van griffierechten gebeurt straks aan het begin van de juridische procedure. Deze werkwijze gaat in op 1 januari 2011. Wordt het griffierecht niet tijdig betaald, dan heeft dat gevolgen voor het proces.
Bron: Raad voor de rechtspraak