Jaap de Keijzer zal per 1 november overstappen naar De Brauw Blackstone Westbroek N.V. in Brussel, waar hij de praktijk van het kantoor zal komen versterken. De Keijzer komt van de Nederlandse mededingingsautoriteit (NMa), waar hij sinds 1 oktober 2009 lid was van de Raad van Bestuur.
U bent van 1989 tot 2009 verbonden geweest aan De Brauw Blackstone Westbroek N.V. U leidde daar als managing partner van 2001 tot 2006 het kantoor. Wat heeft u doen besluiten weer terug te komen bij De Brauw?
Het lijkt mij zeer inspirerend om in deze turbulente tijden de praktijk uit te oefenen op de plek waar het in Europa allemaal gebeurt. Het kantoor en de mensen ken ik door en door, en ik zou geen betere plek weten om de mededingings- en reguleringspraktijk uit te oefenen. De internationale setting (met een Engels, Frans, Duits, Spaans en Italiaans kantoor) waarin het kantoor van De Brauw in Brussel opereert, voegt daar nog een extra dimensie aan toe.
Waarin verschillen de werkzaamheden van nu in vergelijking met uw vorige periode bij De Brauw?
Ik was actief in de fusie- en overname praktijk en in het ondernemingsrecht, en dan met name in de energiesector en de financiële sector. Het mededingingsrecht is voor mij betrekkelijk nieuw, maar daar heb ik de laatste twee jaar veel over opgestoken. De praktijk is nog concurrerender geworden, en dat trekt me aan. Het dwingt je scherp te blijven en het verschil te maken.
Wat heeft u van uw tijd bij de NMa opgestoken?
Veel. Allereerst dat er veel betrokken en professionele medewerkers rondlopen bij de NMa en bij soortgelijke Europese organisaties. Men levert werk van hoge kwaliteit! Daarnaast hoezeer beleidsmatig en op het gebied van regelgeving de agenda tegenwoordig in Europa wordt bepaald. En tenslotte het opereren in een publieke bestuurlijke setting. Ik kan een ieder aanraden eens een tijdje aan de andere kant van de tafel te zitten, en zich voor de publieke zaak in te zetten.
Wat nam u zich voor toen u de advocatuur in stapte?
Ik had het klassieke rechtvaardigheidsbeeld voor ogen. Dat is in twintig jaar een zeer realistisch beeld geworden, maar de gedrevenheid is gebleven.
Hebt u dit voornemen inmiddels bijgesteld?
Ja, in de zin dat naast het vak van advocaat juist mijn bestuurlijke ervaring bij De Brauw en bij de NMa voor een veel grotere gereedschapskist hebben gezorgd om effectieve oplossingen voor complexe problemen van cliënten te bedenken en bereiken.
