Als derdejaars Rechten ging mijn dochter stage lopen. Maar waar? Beleidsmedewerker bij het OM was een optie. Onderzoek doen naar de optimale handhavingsmodaliteiten, zo begreep ik.
Bij één parket had een offcier serieuze interesse na een verkennend telefoongesprek. “Maar pap, moet ik dit nu wel doen?”
Toen ík derdejaars was – in 1977 – leerde ik dat het strafrecht een instrument is in handen van de heersende klasse. Maar ook dat het recht machtsuitoefening normeert. De eerste advocaten die artikel 6 EVRM in stelling brachten werden door de rechterlijke macht beschouwd als juridische terroristen. Nu doen strafpleiters bij wijze van spreken niet anders. Een tijdje was ik actief bij de Coornhert-Liga, een vereniging die het strafrecht wilde terugdringen of zelfs afschaffen. Het Openbaar Ministerie was, kortom, jarenlang mijn natuurlijke vijand.
Dat veranderde door mijn belangstelling voor witteboordencriminaliteit. De schurken die het bedrijfsleven corrumperen moeten soms stevig worden aangepakt. (Ik lach om mijzelf als ik dit typ). In de loop der jaren sprak ik diverse fraudebestrijders bij het OM. Zo interviewde ik voor Mr. drie officieren van het Functioneel Parket.
Geen van de drie werkt nog bij het OM. Eentje werd weer advocaat. De tweede werd verdachte van ontucht met een minderjarige. De derde vertrok, omdat het haar als minnares van een meerdere de grond te heet onder de voeten werd. En misschien ook wel omdat het een vorm van fraude is om de dienstauto met chauffeur in te zetten voor de ritten naar het hotel waar een deel van de liefde werd geconsumeerd.
Niet eens zo heel lang geleden werden twee andere leden van het OM veroordeeld voor fraude: een voormalige advocaat-generaal en officier die zelf ooit fraude bestreden. Incidenten vermoedelijk, maar alles bij elkaar wel veel incidenten.
Erger vind ik het dat de minnaar van de minnares allerlei vriendjes uit Breda benoemde (volgens NRC Handelsblad). Dat duidt op een structurele fout. Erger vind ik ook dat het OM door dadendrang en/of beperkte capaciteit nogal eens vals spel speelt bij de vervolging van verdachten. Zie de bekende gerechtelijke dwalingen uit het verleden. Zie de recente zaken waarin het OM niet-ontvankelijk werd verklaard wegens détournement de pouvoir en vervalsing van een getuigenverklaring. Mede door beperkte capaciteit en de noodzaak van efficiency is het OM een stuk minder magistratelijk geworden, stelde officier Joep Lindeman vorig jaar vast in zijn promotieonderzoek. Dat belooft weinig goeds voor de toekomst.
Het OM zou misschien enorm opknappen van juristen die liever niet bij het OM willen werken, zoals mijn dochter. Want ze heeft gekozen voor een stage elders.