Vanuit de Tweede Kamer is er een brede steun voor de herinvoering van de basisbeurs. CDA vond het afschaffen ervan een liberale bevlieging die nu wordt teruggedraaid. ChristenUnie vindt het belangrijk dat de overheid haar verantwoordelijkheid neemt wanneer het gaat om het bieden van zekerheid aan nieuwe generaties studenten. Tegelijkertijd vreest VVD ervoor dat de basisbeurs ook bij buitenlandse studenten terechtkomt die vanuit het thuisland al ondersteuning ontvangen. Voorgaande is onwenselijk, maar als gevolg van privacywetgeving niet te voorkomen. Niettemin gaat gepoogd worden om buitenlandse studenten erop te wijzen dat zij in overtreding zijn als zij ‘dubbele studiefinanciering’ ontvangen. Sinds de afschaffing van de basisbeurs in 2015 heeft een gigantische inflatie plaatsgevonden. Wordt hiermee voldoende rekening gehouden? Mijns inziens niet. Partijen zijn namelijk gebonden aan coalitieafspraken en binnen de reikwijdte van die afspraken is geen mogelijkheid voor een voorstel waarbij voldoende met de gevolgen van inflatie rekening wordt gehouden. Ten aanzien van de aanvullende beurs is niettemin enigszins rekening gehouden met de inflatie. Zo zal de inkomensgrens per 1 januari 2024 liggen op 77.000 euro.
Pech
Hoe zit dat met de pechgeneratie? Die hebben, gelet op het wetsvoorstel, pech. Studenten die tijdens het leenstelsel hebben gestudeerd en een diploma hebben gehaald krijgen mogelijk een tegemoetkoming. Wat bevreemdend is, is dat het daarbij niet uitmaakt of een student wel of niet studiefinanciering heeft ontvangen. De tegemoetkoming wordt afgetrokken van de studieschuld of als deze er niet (meer) is, uitbetaald. Studenten die vier jaar hebben gestudeerd, krijgen mogelijk 1.436 euro als korting op hun studieschuld of uitbetaald. Studenten die in 2022-2023 gaan studeren, krijgen mogelijk 359 euro korting op hun studieschuld of uitbetaald. Afgestudeerden ontvangen mogelijk vanaf 2025 de korting op hun studieschuld of de uitbetaling.