NRC schrijft over de zaak. Advocaat Ralph T. zou op 22 april 2020 een criminele compagnon van een cliënt in zijn werkkamer hebben laten meeluisteren met het politieverhoor van zijn cliënt, die die ochtend was aangehouden. Het verhoor was vanwege de coronabeperkingen via een telefoonverbinding op het advocatenkantoor te volgen. De cliënt zat op dat moment in volledige beperking en mocht geen contact hebben met de buitenwereld. Inmiddels is de man tot zes jaar veroordeeld voor drugshandel.
Gekraakte berichten
De meeluisterende crimineel kreeg via het verhoor informatie over wat de recherche wist over de drugsorganisatie, en stuurde daarover versluierde pgp-berichten naar andere leden van de organisatie. Zo meldde hij hen wie de politie als medeverdachten op het oog had en waar die dag huiszoekingen waren geweest. Ook gaf hij door waar snel ketels moesten worden weggehaald.
Het meeluisteren met het politieverhoor bleek na het kraken van pgp-berichten. Toen kwam ook de advocaat als verdachte in beeld.
‘Zuivere ondermijning’
Volgens het Openbaar Ministerie heeft hij zich schuldig gemaakt ‘aan zuivere ondermijning’ door het lekken van geheime politie-informatie naar verdachten van grootschalige drugshandel. Daarnaast heeft de advocaat volgens de officier van justitie zijn geheimhoudingsplicht geschonden, omdat de verhoorde verdachte in beperkingen zat in het belang van het onderzoek.
Geheimhoudingsplicht
De advocaat had tijdens de zitting volgens NRC moeite om zijn handelen te verklaren en wilde niet op alle vragen antwoorden. Hij voelde zich vanwege zijn geheimhoudingsplicht niet vrij om dat te doen. Zijn advocaat vroeg om vrijspraak; T. zou op het scherpst van de snede hebben gewerkt, maar daarbij niet strafbaar hebben gehandeld.
De rechtbank doet op 17 september uitspraak.