Voorlopige hechtenis onvoldoende onderbouwd

Delen:

Illustratie Pixaby

Beslissingen van rechters om een verdachte in voorlopige hechtenis te plaatsen worden niet altijd kritisch overwogen. Ook zijn de redenen voor zo’n hechtenis vaak onduidelijk. Dit stelt het College voor de Rechten van de Mens na onderzoek van dossiers bij vier rechtbanken en twee gerechtshoven. Dat leidt ertoe dat verdachten vaak hun proces in hechtenis moeten afwachten, terwijl het uitgangspunt is dat ze dit in vrijheid moeten doen.

Kruisjesformulier

Het College constateert, op basis van driehonderd strafdossiers, dat de zes gerechten de beslissingen over voorlopige hechtenis anders onderbouwen. Een van de onderzochte rechtbanken gebruikte een kruisjesformulier waarop alleen de gronden voor voorlopige hechtenis genoemd staan. Op een ander formulier stonden standaardteksten waarop zinnen moeten worden weggestreept. Beide formulieren bieden geen ruimte om te motiveren waarom iemand vast moet zitten, aldus het College. Daarnaast werken sommige rechtbanken met standaardtekstblokken die door middel van ‘en/of’-constructies op bijna iedere zaak van toepassing kunnen zijn.  Bij twee van de onderzochte gerechten vindt het College de motivering wel op orde.

Verlies van werk

Het College wijst erop dat een voorlopige hechtenis – terecht of onterecht – grote maatschappelijke gevolgen kan hebben voor de verdachte en zijn gezin. Het kan leiden tot verlies van werk of een uitkering, financiële problemen en problemen met huisvesting en school. Vanwege die impact moet een beslissing tot voorlopige hechtenis uiterst zorgvuldig en zeer kritisch worden overwogen en moeten de redenen voor hechtenis duidelijk zijn. Dat gebeurt dus bij vier van de zes onderzochte rechtbanken en gerechtshoven onvoldoende.

Recht op vrijheid

Ook artikel 5 van het EVRM – het recht op vrijheid – eist dat een beslissing tot voorlopige hechtenis altijd gemotiveerd moet zijn. Uitgangspunt is dat een verdachte in beginsel zijn proces in vrijheid mag afwachten, tenzij dat niet kan. In de Nederlandse praktijk lijkt men juist uit te gaan van het omgekeerde, namelijk ‘vast tenzij’.

In de Professionele standaarden strafrecht die de rechtspraak in 2016 heeft aangenomen, staat een goede motivering expliciet benoemd. Alle gerechten geven daarmee aan dat ze hier de komende tijd mee aan de slag gaan en verbetering zullen aanbrengen. De rechtbank die uitsluitend kruisjesformulieren gebruikte zonder ruimte voor toelichting, heeft deze formulieren al vervangen door beschikkingen die wel ruimte laten voor een motivering.

Rechters gaan beter hun best doen om goed uit te leggen waarom ze verdachten in voorlopige hechtenis zetten en houden, zegt Strafrechter Michiel de Ridder, voorzitter van het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS). “We vinden zelf ook dat het beter moet,” zegt De Ridder. Hij benadrukt dat geen verdachten ten onrechte in hechtenis zitten. “Rechters behandelen elke zaak zeer nauwkeurig, elke beslissing is weloverwogen. Waar het aan schort is dat deze overwegingen niet altijd hun weg helder en volledig naar papier vinden.”

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven