Wanneer is een overwaarde-arrangement faillissementsbestendig?

Delen:

Bedrijven hebben regelmatig meerdere financiers. Een bank kan diverse kredieten verlenen, een leasemaatschappij kan een wagenpark financieren, terwijl vorderingen op debiteuren via factoring kunnen worden gefinancierd. Deze financieringen worden bijna altijd afgedekt via zekerheden, zoals een pandrecht.

Wanneer de zekerheden moeten worden uitgewonnen, kan het voorkomen dat de ene financier zich meer dan voldoende kan voldoen uit de opbrengst van de eigen zekerheden, terwijl de andere financier juist niet volledig kan voldoen uit de eigen zekerheden. Om deze uitwinningsproblematiek te voorkomen, wordt in de financieringspraktijk het overwaarde-arrangement gebruikt. Bij een overwaarde-arrangement (ook wel wederzijdse-zekerhedenregeling genoemd) wordt overeengekomen dat de ene financier borg staat voor de nakoming van de verplichtingen van de schuldenaar jegens de andere financier. Als de schuldenaar zijn verplichting jegens de andere financier om de geldlening terug te betalen niet nakomt, dan zal de ene financier, als borg, deze betalingsverplichting voor de schuldenaar aan de andere financier voldoen. Na betaling verkrijgt de ene financier een regresvordering op de schuldenaar ter hoogte van het bedrag dat zij aan de andere heeft betaald. Deze regresvordering is afgedekt door het pandrecht dat de schuldenaar aan de ene financier heeft verleend.

Sinds het ASR/Achmea-arrest (ECLI:NL:HR:2012:BU3784), waarin werd overwogen dat de regresvordering van een hoofdelijk verbonden schuldenaar pas ontstaat op het moment dat hij de schuld aan de schuldeiser voldoet voor meer dan het gedeelte dat hem aangaat, is echter onduidelijk geworden of een op of na faillissementsdatum ontstane regresvordering nog wel onder het pandrecht van de financier valt.

Op 16 oktober 2015 heeft de Hoge Raad (ECLI:NL:HR:2015:3023) aangegeven wanneer een overwaarde-arrangement faillissementsbestendig is. Hij oordeelde dat een financier tijdens een faillissement van haar schuldenaar verhaal kan nemen op de opbrengst van de uitwinning van vóór dat faillissement gevestigde pandrechten, voor een (regres)vordering die is ontstaan op of na de dag van de faillietverklaring van het bedrijf, mits die vordering voortvloeit uit een op de dag van faillietverklaring reeds bestaande rechtsverhouding met de gefailleerde schuldenaar.  De schuldenaar moet dan wel partij zijn of worden bij het overwaarde-arrangement.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Meest gelezen berichten

Van onze kennispartners

Juridische vacatures

Scroll naar boven