Supersnelrecht betekent dat verdachten binnen de termijn van de inverzekeringstelling, dus binnen drie dagen, worden berecht. Het gaat daarbij vooral om feiten als openlijk geweld, zware vernielingen, brandstichting en geweld tegen personen met een publieke functie, maar als zich andere feiten voordoen, kunnen deze ook op de supersnelrechtzitting worden gezet. In verband met de korte termijn tussen aanhouding en behandeling ter zitting moet het gaan om bewijstechnisch gezien relatief eenvoudige zaken. Dat betekent dat complexere zaken waarin aanvullend onderzoek nodig is (zoals bij grote ordeverstoringen) in het algemeen niet in aanmerking komen voor supersnelrecht.
Uit een eerste inventarisatie die gisteren onder alle parketten van het Openbaar Ministerie (OM) is gehouden, blijkt dat de politie 968 verdachten van ‘jaarwisselinggerelateerde zaken’ heeft aangeleverd aan het OM. Van hen zijn er 194 in verzekering gesteld in afwachting van een beoordeling door het OM.
Hogere strafeis
Het OM eist in strafzaken die te maken hebben met de jaarwisseling hogere geldboetes, hogere taakstraffen of langere gevangenisstraffen. De strafeis zal 75 procent hoger liggen dan anders. Conform het OM-beleid zullen hogere straffen worden gevorderd indien er sprake is van agressie of geweld tegen mensen met een publieke taak. Worden deze delicten gepleegd dan zal de strafeis met 200 procent worden verhoogd. Opgelegde taakstraffen zullen zoveel als mogelijk direct na de jaarwisseling uitgevoerd worden en opgelegde gevangenisstraffen zullen zoveel als mogelijk direct aansluitend op de (super)snelrechtzitting moeten worden uitgezeten.
‘Gewoon’ snelrecht
Naast supersnelrecht bestaat ook nog het ‘gewone’ snelrecht. In alle arrondissementen zullen in de eerste twee weken van januari 2012 snelrechtzittingen plaatsvinden. Snelrecht houdt in dat de verdachte die na inverzekeringstelling in bewaring wordt gesteld, binnen de bewaringstermijn van veertien dagen voor de politierechter moet verschijnen.