De Amsterdamse deken Germ Kemper lijkt zich geen zorgen te maken over het feit dat afgelopen jaar de meeste klachten werden ingediend tegen Amsterdamse advocaten. Het gaat om 568 klachten op een totaal van 4.627 Amsterdamse advocaten. Dit blijkt uit het jaarverslag ‘Tuchtrecht Advocatuur‘ dat de Raden van Discipline en het Hof van Discipline vrijdag hebben uitgegeven.
Volgens Kemper wordt er procentueel gezien juist het minst over Amsterdamse advocaten geklaagd wordt. “Gemiddeld 6% van de advocaten wordt geconfronteerd met een klacht, terwijl dat in andere arrondissementen op ongeveer 8 tot 10% ligt.” Volgens Kemper komt dit vooral doordat Amsterdamse advocaten voor een groot deel in de zakelijke praktijk werkzaam zijn. “Particuliere cliënten zijn eerder geneigd te klagen dan zakelijke cliënten. Particulieren hebben zelden of nooit met een advocaat van doen en hebben hoge(re) verwachtingen van advocaten. Zij hebben daardoor ook hogere verwachtingen van wat het resultaat van een klacht zal zijn. Daarom klagen zij meer.”
In 2010 zijn in Nederland in totaal 3265 klachten tegen advocaten ingediend, waarvan 1251 bij de tuchtrechter belandden. Het jaar daarvoor waren dat er nog 1020. Een toename van 20%. De meeste straffen zijn opgelegd aan advocaten die onder de maat presteerden, slecht communiceerden met hun cliënt of zich niet aan (vooral financiële) gedragsregels hebben gehouden.
Volgens de Orde is het jaarverslag een belangrijke stap naar meer transparantie in haar toezicht en tuchtrecht. Oud-PG Docters van Leeuwen adviseerde de Orde vorig jaar over het toezicht op de advocatuur. Een van zijn aanbevelingen was zo snel mogelijk te komen tot een jaarlijkse, adequate en openbare verslaglegging van het toezicht en het tuchtrecht.
Afgelopen vrijdag was in het NOS Journaal van acht uur breed aandacht voor het jaarverslag en de toename van het aantal klachten waarop algemeen deken Jan Loorbach een toelichting gaf. Blijkbaar wilde de Orde maximale ‘exposure’. De vraag is in hoeverre dit bijdraagt aan verbetering van het imago van de advocaat dat toch al zo onder druk staat? Kemper zegt hierover: “Je kan er maar beter zelf mee voor de draad komen. Het is gewoon een hard gegeven. Dat kun je niet onder banken of stoelen steken.”
Een mogelijke reden waarom de Orde zo proactief handelt, is de wens van de politiek om de tuchtrechtrechtspraak uit handen van de Orde te nemen om het op die manier (meer) onafhankelijk te maken. De Orde lijkt er alles aan te doen om dit tegen te houden. De Amsterdamse deken zegt ‘buitengewoon moe’ te worden van de steeds terugkerende stellingname dat de advocatuur zijn eigen vlees niet moet keuren. “Ik vind dat geen argument. Het is een te gemakkelijke gedachte om uit te spreken. Het klinkt mooi, maar zoals Willibrord Davids, oud president van de Hoge Raad, eens zei: ‘Ik zou geen vlees willen van een slager die zijn eigen vlees niet keurt.'” Kemper vervolgt: “Het heeft pas zin om hierover te praten als aannemelijk wordt gemaakt dat het huidige tuchtrecht niet voldoet. Daar is tot nu toe geen enkel aanknopingspunt voor.”
Zie ook de weblog van Mr.-hoofdredacteur Michiel van Kleef.
