De Advocatenorde heeft besloten om de vorig jaar van start gegane nieuwe beroepsopleiding fors te herzien. Zo wordt de studielast beperkt met 14 dagdelen, gaat het aantal toetsen van 12 naar 6 en wordt de duur van de opleiding van drie jaar naar ruim twee jaar beperkt.
Dit werd vandaag bekendgemaakt tijdens de vergadering van het College van Afgevaardigden van de Advocatenorde in Utrecht. Aanleiding was een tussentijdse evaluatie waarvan de aanbevelingen onverkort door de Algemene Raad zijn overgenomen.
De evaluatie is in grote lijnen positief over de nieuwe opleiding, maar constateert tegelijkertijd een groot aantal knelpunten. Veel daarvan hebben te maken met de studielast die fors hoger is dan de oude beroepsopleiding.
Ook het feit dat de afwezigheid van kantoor van stagiaires als steeds bezwaarlijker wordt ervaren en ook het punt van de hogere kosten wordt als een probleem gezien.
Knelpunt
Opvallend knelpunt is het verschil in niveau van de deelnemers aan de opleiding. Hoewel er een diagnostische toets is aan het begin van de cognitieve vakken, blijkt dat stagiaires te weinig doen om de geconstateerde lacunes in hun kennis bij te spijkeren. Daarnaast is er sprake van grote niveauverschillen in de vaardigheid tussen de stagiaires van de grootste kantoren (die in het algemeen over eigen training en opleiding beschikken) en de overige stagiaires. Met name de Law Firm School en De Brauwerij dringen aan op liberalisering van de vaardigheidsvakken. Zij vinden dat het huidige onderwijs op dat punt te weinig aansluit op hun praktijk.
Ondanks de flinke aanpassingen in de opleiding vindt de Algemene Raad dat hiermee geen concessies worden gedaan aan de oorspronkelijke uitgangspunten, namelijk nauw aansluiten bij de aanbevelingen van de destijds ingestelde commissie Kortmann.