Buitensporig

Delen:

In de voorgaande aflevering van deze rubriek werd al vermeld dat het recente wetsvoorstel “herziening strafbaarstelling faillissementsfraude” (33 994) meer inhoudt dan de titel doet vermoeden. Zo bevat dit wetsvoorstel ook een strafbaarstelling die zich richt op bestuurders en commissarissen die hun onderneming door onbehoorlijk functioneren aan de rand van de afgrond brengen, zonder dat een faillissement volgt. Het feit dat een wankelende onderneming door krachtig ingrijpen van banken en/of overheden nog kan worden gered, mag volgens het voorstel niet in de weg staan aan de mogelijke strafvervolging van de verantwoordelijke functionarissen.

De strafrechtelijke aansprakelijkheid zal intreden indien sprake is geweest van “buitensporig” handelen met de financiële middelen van de rechtspersoon, ten gevolge waarvan deze rechtspersoon ernstig nadeel heeft ondervonden en zijn voortbestaan in gevaar is gekomen. De betrokken bestuurder of commissaris hoeft niet zelf over die middelen te hebben beschikt: het is al voldoende indien hij daaraan zijn medewerking heeft gegeven of daarvoor zijn toestemming heeft verleend. Onder buitensporig wordt verstaan: volstrekt onredelijk, geen reëel economisch doel dienend en vanuit een oogpunt van goed ondernemerschap onverklaarbaar. Het is een geobjectiveerd begrip en dat geldt ook voor de ernst van het nadeel en de gevaarzetting voor de rechtspersoon. Of de bestuurder of commissaris zich bewust was van de buitensporigheid van het handelen, dan wel zijn rechtspersoon bewust heeft benadeeld en in gevaar heeft gebracht, doet niet ter zake.

De voorgestelde strafbepaling vervangt het huidige artikel 347 Sr dat betrekking heeft op handelingen in strijd met statuten en reglementen ten gevolge waarvan de rechtspersoon ernstig nadeel ondervindt. De bestuurder of commissaris die daaraan meewerkt of daarvoor zijn toestemming verleent, is naar huidig recht weliswaar strafbaar, maar kan dan slechts worden gestraft met een geldboete. De nieuw voorgestelde strafbepaling voorziet daarentegen in een gevangenisstraf van maximaal twee jaar, welk maximum wordt verhoogd tot vier jaar indien de bestuurder of commissaris heeft gehandeld met het oogmerk om zichzelf of een ander te bevoordelen. Bovendien wordt voorgesteld om bij een verdenking van het nieuwe delict steeds vergaande dwangmiddelen te kunnen inzetten: de bestuurder of commissaris kan worden aangehouden, verhoord en gedetineerd.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Meest gelezen berichten

Van onze kennispartners

Juridische vacatures

Scroll naar boven