Communicatie grootste kinderziekte in beroepsopleiding advocaten

Delen:

kinderziektesDe hoge koorts is verdwenen, maar lichte verhoging heeft de nieuwe beroepsopleiding voor advocaten nog steeds. Sleutelwoord in de discussie over de kinderziektes van de opleiding blijkt ‘communicatie’. “Op dat gebied hebben wij absoluut iets laten liggen”, beaamt Marianne van den Bosch, directeur opleidingen van CPO, de organisatie die samen met Dialogue de Uitvoeringsorganisatie (UO) van de opleiding vormt.

Echt nieuw is de beroepsopleiding overigens met een start in september 2013 niet meer. Vooral het eerste zogenoemde ‘cohort’ liet zich sinds die start negatief uit over verschillende aspecten van de opleiding. Zij voelden zich ‘proefkonijnen’. In mei van vorig jaar berichtten we hier al over. Uit een inventarisatie nu blijkt dat de onvrede onder stagiaires nog niet verdwenen is.

Mr. sprak met een aantal stagiaires uit verschillende cohorten. Deze stagiaires wensen niet met naam genoemd te worden in dit artikel. “Wij hebben het gevoel dat er niet naar ons wordt geluisterd, terwijl wij zelf wel strikt aan de regels worden gehouden”, aldus een stagiaire uit het tweede cohort. “Vooral de halsstarrigheid en het gebrek aan transparantie wekken irritatie op. Eind vorig jaar hebben wij vanuit onze opleidingsgroep bijvoorbeeld een klacht over een tentamen ingediend, maar geen enkele reactie ontvangen.” Zorgelijk vinden stagiaires ook nog steeds het gebrek aan aansluiting tussen het lesmateriaal en de tentamenvragen. “Je weet eigenlijk nooit waarop je je precies moet voorbereiden.” Daarnaast wordt het niveau van docenten wisselend bevonden.

Marjan van der List, als lid van de Algemene Raad van de NOvA belast met de portefeuille opleiding, meent dat de kwaliteit van de opleiding gaandeweg is verbeterd: “Vanuit het tweede en derde cohort komen veel minder klachten binnen. Er zaten in de beginperiode zeker onvolkomenheden in de opleiding en dat is spijtig. De UO heeft zich de klachten aangetrokken en inmiddels is een groot deel van de problemen opgelost. Als stagiaires nog steeds een negatief beeld hebben van de opleiding, dan wijt ik dat met name aan een gebrek aan communicatie. Dat is zonde.” Het verbaast Van der List dat op klachten niet altijd zou worden gereageerd: “Klachten die bij ons binnenkomen worden altijd in behandeling genomen. Ik neem aan dat dat bij de UO ook zo is.” Ook de UO is verbaasd, zeker nu een speciaal klachtenportaal is ingericht. Van de Griendt (Dialogue): “Mochten klachten toch onbeantwoord zijn gelaten, dan gaan we uitzoeken hoe dat heeft kunnen gebeuren.”

Sabine van Rienen, bestuurslid van de Jonge Balie ’s-Hertogenbosch, herkent de klachten: “Ik zit zelf in het eerste cohort en ik zie om mij heen veel mensen die moe zijn van alle problemen en de constante veranderingen rondom de opleiding. Een deel van de bezwaren is inmiddels opgelost, maar zeker niet alles. In januari nog startte bijvoorbeeld een tentamen te laat vanwege technische problemen. De digitale leeromgeving werkt dus nog steeds niet altijd optimaal. En ook ik hoor regelmatig klachten over het gebrek aan samenhang tussen lesmateriaal en de examenstof.”

Annemarie Roukema is als voorzitter van de Stichting Jonge Balie Nederland (SJBN) vanaf het begin nauw betrokken geweest bij de nieuwe opleiding: “De stagiaires uit het eerste cohort voelden – en voelen – zich proefkonijnen en daar hebben ze helemaal gelijk in. De UO heeft er echter hard aan gewerkt om de grootste problemen op te lossen.” Dit gevoel heeft Mariëlle van der Giessen, vaardigheidstrainer binnen de opleiding en tevens mentor van een groep stagiaires, ook: “Nu ik les heb gegeven aan drie lichtingen kan ik constateren dat veel onvolkomenheden verdwenen zijn.”

Roukema: “Als de UO de doorgevoerde verbeteringen beter had gecommuniceerd, dan hadden stagiaires zich ongetwijfeld meer gehoord gevoeld. Ook herken ik geluiden over halsstarrigheid van UO wel. Er wordt een beetje met twee maten gemeten. Als foutjes van de UO wel door de vingers worden gezien, dan zouden stagiaires ook op enige coulance mogen rekenen.”

De UO bevestigt dat er beter gecommuniceerd had kunnen worden. Van den Bosch (CPO): “Wij moeten blijkbaar de verbeteringen beter over het voetlicht brengen  Monique van de Griendt, directeur van Dialogue: “Wij gaan als UO heel serieus met feedback om. Het niveau van de docenten wordt bijvoorbeeld continue gepeild. Met docenten die in evaluatieformulieren gemiddeld lager dan een zeven scoren gaan we in gesprek. Blijkt er structureel iets aan de hand te zijn bij een docent, dan beëindigen we in het uiterste geval de samenwerking.”

Van den Bosch: “Het is spijtig dat lesstof en examenstof nog steeds niet goed op elkaar afgestemd zijn. Wij begrijpen deze kritiek en zijn hiermee bezig. Een deel van de oorzaak is dat voorbereiding van lesstof en van examenstof in verschillende handen zijn. Dit is echter een bewuste keuze om bijvoorbeeld deelnemers aan de Law Firm School niet op een achterstand te zetten.”

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven