Constitutioneel hof in NL? ‘Surinaams hof maakte een vliegende start’

De vraag of de rechter wetten zou moeten mogen toetsen aan de Grondwet lijkt een eeuwig debat. Kijk eens naar Suriname, schrijft Hugo Fernandes Mendes. Daar is sinds 2020 een constitutioneel hof actief, dat goed uit de startblokken kwam en de democratische rechtsstaat goeddoet.

Delen:

beeld: Depositphotos

Dat schreef de auteur, oud-hoofddocent staatsrecht aan de Universiteit Leiden, onlangs in het Nederlands Juristenblad. Het toetsingsverbod uit het huidige artikel 120 staat al ter discussie sinds het in 1848 in Thorbeckes Grondwet belandde. Recentelijk is het niettemin een reëel politiek thema geworden.

Het kabinet-Rutte IV schreef in 2020 een hoofdlijnenbrief over constitutionele toetsing, waarin werd aangestuurd op gespreide toetsing door de gewone rechter (Mr. sprak erover met drie kenners). De nieuwe partij NSC van (ex-CDA’er) Pieter Omtzigt wil een constitutioneel hof oprichten dat exclusief bevoegd is tot toetsing, waarover – als we de peilingen mogen geloven – waarschijnlijk serieus gesproken zal worden.

45 jaar in de maak

Suriname kan volgens Fernandes Mendes ter inspiratie dienen. Al sinds het land in 1975 onafhankelijk werd van Nederland werd de oprichting van een constitutioneel hof mogelijk gemaakt, maar dit liet maar liefst 45 jaar op zich wachten. Niettemin heeft het Constitutioneel Hof Suriname (CHS) volgens de auteur een “vliegende start” gemaakt met het oordelen in ”zeer gevoelige onderwerpen”. Een aantal voorbeelden dienen ter illustratie.

Gewezen wordt op de ongrondwettigverklaring van de Amnestiewet, welke ervoor zorgde dat Desi Bouterse c.s. geen straf zouden krijgen voor de Decembermoorden in 1982; het CHS durfde het aan in deze zeer beladen zaak. Een andere kwestie betrof het kiesstelsel. Het maakte korte metten met de Kiesregeling, ook al was het “constitutionele en politieke effect van de uitspraak […] enorm” en had dit directe gevolgen voor politieke partijen. Een patstelling van 35 jaar werd hiermee doorbroken; “De positieve impact van de beslissing van het CHS op de democratische ontwikkeling is hiermee geïllustreerd.”

Terughoudend

Deze principiële uitspraken betekenen echter niet noodzakelijkerwijs dat het CHS een “activistisch Hof” is dat op de stoel van de wetgever zitten. Aangaande het homohuwelijk stelde het zich juist terughoudend op over zo’n “maatschappelijk gevoelig vraagstuk”. Beleid opstellen hieromtrent zou aan de wetgever zijn; al werd door het Hof “in niet mis te verstane termen de wetgever aangezegd dat er wetgeving moet komen”.

Fernandus Mendes benadrukt dat de Nederlandse situatie in vele opzichten niet vergelijkbaar is met Suriname, maar dat ook hier onconstitutionele wetten gemaakt kunnen worden – waarbij hij wijst op de toeslagenaffaire, vreemdelingen- en asielwetgeving en de Pensioenwet. Een blik over de grens kan lonen: “De ervaringen met het opheffen van het toetsingsverbod in de andere landen van het Koninkrijk en Suriname zijn het waard een rol te spelen in toekomstige discussies.”

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven