In een afscheidsinterview met het Friesch Dagblad zegt Keur dat de financiering van de rechtspraak zijn grootste zorg is. De Raad voor de Rechtspraak onderhandelt momenteel namens de rechtbanken en de gerechtshoven met het kabinet over de financiering van de rechtspraak voor de komende drie jaar. Het baart Keur zorgen dat er nog steeds geen plan ligt, terwijl de derde dinsdag van september nadert. De rechtspraak moest dit jaar eigenlijk een begin maken met een door het kabinet opgelegde bezuiniging van bijna 9 procent. Die taakstelling kan de rechtspraak niet opbrengen. Volgens Keur komen de bezuinigingen nog bovenop eerder opgelegde doelmatigheidskortingen.
“Als de rechtspraak en het kabinet er niet uitkomen, hebben we een groot probleem. Zaken zullen blijven liggen. Dat vind ik niet kunnen, dan leg je de rekening bij de samenleving en zullen mensen heel lang moeten wachten op behandeling van hun rechtszaak.” Nu lukt het de rechtbank Noord-Nederland bijvoorbeeld officieel nog om zwaardere strafzaken in 87 procent van de gevallen binnen de norm van zes maanden af te doen.
Herman Bolhaar van het Openbaar Ministerie en korpschef Erik Akerboom van de Nationale Politie hebben allebei gezegd dat ze door jarenlange bezuinigingen hun opdracht onvoldoende kunnen uitvoeren, waardoor de instroom van strafzaken bij de rechtbank achterblijft. Forensisch deskundigen kunnen door financiële problemen voortgangsrapportages en andere rapporten niet op tijd leveren. “Dat zorgt allemaal voor vertraging bij de afdoening van strafzaken. Maatschappelijk is dat uiterst ongewenst.”
Digitalisering van de rechtspraak biedt volgens Keur op korte termijn geen lucht. Hiermee wordt weliswaar op arbeidskosten bespaard, maar daarvoor is vele jaren van investeren nodig.