De Advocaat is ook een Appellation Contrôlée

Delen:

Als je dan toch een boek schrijft, kan dat het beste in een rustige omgeving. Zo gezegd, gedaan. Met een paar mensen naar de Bourgogne, waar een goede vriend een prettig huis heeft. Het boek vorderde elke dag een paar bladzijdes. Het weer zat mee, eten kun je er ook goed, en een ritje door de wijnvelden is altijd een leuke afleiding.

De wijnboeren doen hun zoveelste laatste snoei voor hun zoveelste zomer. De verwachting van een goed wijnjaar hangt in de lucht. Wat wordt het dit jaar, het had wel erg gevroren en veel geregend. Wat zal de kwantiteit en de kwaliteit van de oogst van dit jaar. Zo denken de Franse wijnboeren, net als Nederlandse bietenboeren. Ze hebben zelf niet dat flauwe romantische gevoel dat de hele wereld bij wijn en wijnboeren heeft. Het zijn tegenwoordig gewoon hoogopgeleide professionals in de voedseltechnologie die de wijn laten rijpen in computergestuurde INOX-ketels. Of, nou vooruit dan, in Frans eiken vaten, voor die oude romantische smaak. Boeren die zwaar gecontroleerd worden door de Franse warenwet en hun wijn gewoon in de lokale laboratoria laten testen. Maar je kunt het krijgen zoals je wilt: de wijn verkopen we ook de romantiek.

Het allergrootste nadeel van de Bourgogne is natuurlijk dat ze er de beste wijn van de wereld maken (hebben we geleerd te geloven). Zo ook Bernard R. Hij heet ons hartelijk welkom. Vol verwondering kijk ik het allemaal eens aan. Ik ken wijnboeren, maar is wel echt een prototype. Zo een waarvan je zeker weet dat hij zijn eigen wijn ook lekker vindt. Later hoor ik dat dat inderdaad het geval is en hij daarom een paar jaar zijn rijbewijs kwijt was. Maar goed, doorgroefd gelaat dus, echt iemand voor in een reclame over Franse wijn. We staan bij zijn oude huis. Het is inderdaad een romantische plek, overal rotzooi, rozen en dingen die ooit nog eens opgeruimd zouden moeten worden. Hier heeft de tijd stil gestaan, hoor ik mezelf denken. Tenminste als we even zijn Mercedes jeep, de schotelantenne, de grote stenen productiehal en de talloze moderne, computergestuurde tractoren en plukmachines over het hoofd zien.

We worden snel door de moderne productiehal geleid, en gaan de Cave in. Het Heilige der Heiligen. Het verschil met de roestvrijstalen productiehal en de Cave is wel groot. Gammele stoelen, een grote tafel, de crachoir (spuugbak) en de onvermijdelijke medailles, bekers en schildjes van vermeldingen in Le Guide Hachette des Vins. Oeps, denk ik nog, dit wordt een duur middagje … want als je daarin vermeld staat is de prijs van de wijn op de dag van uitgave van deze Bijbel direct al zo’n beetje verdubbeld.

Ondertussen laten wij in ons beste Frans aan Bernard weten dat wij alles van wijn weten, van het kneuzen van druiven, verschillen in de diverse percelen, welke jaartallen van welk domein beter waren en waarom. Wat de beste methode van kopen, bewaren en drinken is, en dat niet enkel terroir van belang is maar natuurlijk ook de ligging, de helling, de positie ten opzichte van de zon. De wijsneus in ons gezelschap merkt in het Nederlands op dat dat alles bij elkaar eigenlijk het terroir is, maar die verfijning gaat er bij ons niet meer in. We voelen ons best een beetje ook wijnboer en waren net zo lekker op gang met ons Frans. Bernard is het er allemaal mee eens, het is een wijze wijnboer, een echte professional, Dat blijkt wel uit zijn commentaar op ons: ‘tja, tja, ça depends…’ En hij heeft alle tijd. De stemming is uitstekend.

We gaan aan de slag en we drinken op. Dat is dé vakterm voor steeds betere wijn drinken, maar\in ons geval van proeven en spugen. Als volleerde professionals spugen we de slok – na het ceremoniële walsen, ruiken, proeven en ernstig kijken – goed gemikt in de crachoir. Ik realiseer me dat ik na een half uur al voor minstens twintig euro heb uitgespuugd, maar dat mag de pret al lang niet meer drukken. Je slikt per ongeluk ook wel eens iets in. Dit is het echte leven: in de Cave, met de boer, zijn wijn proeven, en alles horen over hoe die wijn gemaakt is. Met zo’n verhaal kun je nog eens thuis komen. Je ziet het jezelf al weer vertellen: ‘ik ken een wijnboertje … kom daar een paar keer per jaar … natuurlijk neem ik eens een flesje voor je mee …’. Gek trouwens, zo’n wijnboer (miljonair) wordt altijd een ‘klein boertje op een achenebbisj plekje’, maar dat klinkt wel romantisch.

Uiteindelijk wordt de bestelling geplaatst, gaan we naar de productiehal en wordt de wijn met de heftruck gepakt en ingeladen. Natuurlijk kan er gepind worden met alle soorten passen. Terwijl we dat doen wijst bernard ons ook nog op zijn website waar we ook online kunnen bestellen. De website blijkt in het Frans, Engels en Japans te zijn. Want Japan, dat is eigenlijk zijn exportgebied. Omdat we met zijn allen een grote order hebben geplaatst krijgen we allemaal een fles van zijn specialiteit mee: Rosé Cremant en degene die ons introduceerde natuurlijk een Magnum Premier Cru. Want zo werkt het wel. Zij zoenen, wij niet. Kortom, het romantische plaatje klopt. Zo gaat dat, zo doen wij dat En France.

Bob rijdt ons veilig terug en wij doezelen mee. Ik ben een echte bofkont, besluit ik. Koop je voor vierhonderddertig euro wijn. Als je dat in een Nederlands restaurant zou bestellen ben je toch minstens … het gaat zo’n zeven keer over de kop … minstens … het rekenen gaat even iets moeilijker, maar dat ligt aan het wegdek … nou ja je bespaart toch zo’n … in ieder geval meer dan dertienhonderdtwintig … maar ik kan er ook zo maar een nul naast zitten … Je hebt toch een koopje. Weet je wel wat die wijn waard wordt als je ze een paar jaar laat liggen … zo kan je ook nog rekenen. Kortom, weer eens goed gedaan.

Eenmaal terug in ons logeerhuis besluiten we nog een flesje open te trekken om deze overwinning te vieren. We praten nog een beetje na. Opeens heb ik een ingeving. Was de advocatuur maar eens zo: perfect georganiseerd naar de modernste maatstaven, modern en traditioneel, verkoop face-to-face en e-commerce, alle tijd hebben, goed luisteren naar de klant, niet belerend zijn naar de klant. Die klant weet toch immers het beste hoe zijn zaak in elkaar zit en wil daar ook erkenning voor. Bovendien, je proeft wat je kan kopen en spuugt het net zo gemakkelijk weer uit. Zo’n wijnboer zegt toch ook niet: ‘joh, je mag mijn product niet uitspugen”. En je gaat de deur uit met de oplossing in de hand en nog eens een extra fles mee.

Kijk, dat is nu presteren boven verwachting, van uhh, ja, hoe heette die auteur ook alweer. Doet er niet toe, het gaat toch ook om klantintimiteit en hoe heette dat andere ook al weer. Enfin, oh ja, productleaderschip, nee productleadership. Ik realiseerde me dat ik dat eerder wel een gemakkelijk woord vond…

We trekken een tweede flesje open. Deze keer een Fleurie uit de Beaujolais. Nee zegt onze wijsneus steeds, dat is ook de Bourgogne. Nou ja, doet er even niet toe. Ik vervolg mijn verhaal totdat ik – nou zeg maar gewoon onaardig – aangevallen wordt door de advocaat in het gezelschap. Hoe ik nou zo’n anabolie kan maken. Analogie, zegt die wijsneus van de Beaujolais. Oh ja, analogie, het is hier ook zo warm. Mensen gaan toch naar een advocaat omdat ze een probleem hebben, dit is wel een erge domme redenering van jou, voegt ze me toe. Iemand anders roept dat ze niet de bal maar de man moet spelen, maar na enig geharrewar besluiten we dat het moet zijn: niet de man maar de bal. Waar is de bal, roept iemand anders, maar die telt niet mee, want die probeert alleen maar leuk te doen, is techneut en dronken.

Het wordt een ernstig gesprek, de discussie komt op niveau. Je drinkt toch ook geen wijn omdat je een probleem hebt, de advocaat levert een dienst en wijn is een product. Nou heb ik je, roep ik uit! Wijn is een gevoel dat hebben we toch vandaag gezien, kijk nu eens naar ons hier. De dienst van een advocaat is ook een gevoel! Je moet je daarna beter voelen. Nee, is het weerwoord, dat is niet het enige dat telt! Je probleem moet ook opgelost zijn. Anders voel je wel eventjes goed, maar de dag daarna rot. Net als met de Fleurie, lekker ’s-avonds, maar de dag daarna toch een kater. Van Bourgognes heb je geen kater roept de wijsneus, dus ook niet van Fleurie. Sterk, sterk! Beweer ik zelf ook al jaren maar was dat nu net even kwijt. Ik moet er even over nadenken terwijl ik mijn glas bijvul.

De strijd verplaatst zich, er worden steeds moeilijker woorden gebruikt. De bank zit echt slecht, het is veel te warm maar uiteindelijk zijn we het er over eens. Fleurie ligt in een streek die door de wijnboeren ook wel Bourgogne genoemd wordt, maar er wordt over getwist. Er is iemand die iemand kent die van Bourgogne wijn ook wel eens een kater heeft gehad en het plaatselijk laboratorium voor de wijnboer is precies – let wel precies! – hetzelfde als de Deken van de Orde. Die keurt ook. En je mag het aanbod van de advocaat best uitspugen, alleen ze hebben er geen spuugbak voor. Iemand probeert nog te stoken: dan doe je dat dus buiten, maar je moet wel betalen voor het misselijke gevoel. Dat vonden we teveel anti, zo’n man doet toch ook zijn best en er mislukt ook wel eens een wijnoogst. Ik had het gevoel dat die vergelijking niet helemaal scherp was maar de wijsneus was even in gedachten, dus kon het er kennelijk mee door.

Het was een mooie dag, even geen boek en een lekker gesprek op niveau met een goed wijntje. Dit is het echte leven!

Ça depends, en wat je zegt is wat je ziet of andersom, en ben je zelf … Eigenlijk is de advocaat ook een Appellation Contrôlée.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven