Van Oosten verzocht de Amsterdamse deken Barbara Rumora-Scheltema afgelopen januari om een onderzoek te starten naar Kasem, oud-strafrechtadvocaat en tegenwoordig in dienst als presentator bij BNNVARA. Zij was toen al bezig met een onderzoek naar aanleiding van berichtgeving over Kasem. Uit publicaties van het Algemeen Dagblad bleek dat er bandopnamen zouden bestaan waarin hij aangaf een functionaris van de Dienst Justitiële Inrichtingen te hebben willen omkopen door hem 8.000 euro te bieden om een cliënt eerder vrij te krijgen.
Kasem beweerde volgens het AD bovendien dat zulke praktijken bij zijn vorige kantoor, Van Oosten advocaten, schering en inslag was. Van Oosten kwalificeerde deze aantijgingen direct als “volledig flauwekul. Er zijn ook geen andere onoorbare trucs door ons kantoor toegepast.”
Ontzenuwd
In haar onderzoeksrapport concludeert Rumora-Scheltema ten aanzien van de vermeende omkoping door Kasem “dat deze niet heeft plaatsgevonden. Dat wordt niet alleen door alle betrokkenen gesteld, maar is ook erg onwaarschijnlijk en weinig zinvol gezien de achterliggende structuren en processen van Dienst Justitiële Inrichtingen. De stukken bevestigen dat de processen correct zijn gevolgd.”
De deken ontzenuwt bovendien alle aantijgingen richting Geertjan van Oosten en zijn kantoor: “Ten aanzien van mr. Van Oosten werd uit het onderzoek vrijwel direct duidelijk dat de suggestie dat op het kantoor van mr. Van Oosten ‘trucs’ werden gehanteerd, nergens op gebaseerd is. Van enig tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen in dit verband is mij niet gebleken.”
Betaling
Wel heeft Rumora-Scheltema geconcludeerd dat Kasem zich in één geval ongepast heeft gedragen door van een cliënt op onjuiste wijze een betaling te verlangen. Daarvoor ontvangt hij een formele waarschuwing. Kasem heeft deze misstap en de ongepastheid ervan volgens de deken ook zelf toegegeven.
Kasem zegt desondanks opgelucht te zijn over de afloop van het onderzoek. “Conclusie is dat de beweerde omkoping niet heeft plaatsgevonden. Aan een voor mij en mijn gezin ontzettend heftige periode is nu gelukkig een einde gekomen.”
Verkeerd daglicht
Van Oosten is niet tevreden met de conclusie van de deken. Daags na publicatie van het rapport heeft Van Oosten een klacht bij de deken ingediend tegen Kasem, zo blijkt uit een berichtgeving in het AD. Hij wil dat zij de zaak voor de tuchtrechter brengt, omdat de wijze van afdoening door de deken in zijn ogen niet juist is. Van Oosten tegen de krant: “Temeer niet omdat er met geen enkel woord lijkt te zijn gerept dat hij mijn kantoor in een zeer verkeerd daglicht heeft gezet.”
