Minister Sander Dekker (Rechtsbescherming) heeft de digitalisering van de rechtspraak tot nader order stilgelegd.
In een brief aan de Tweede Kamer schrijft Dekker dat hij “zeer geschrokken” is over de “zeer ernstige” problemen die zijn ontstaan bij het grote IT-project van de Nederlandse rechtspraak.
Hij reageert daarmee op een brief van de Raad, die daarmee op 10 april te kennen gaf dat het project, genaamd Kwaliteit en Innovatie (KEI), is gefaald. De kosten zijn van het project, zijn inmiddels opgelopen tot 220 miljoen euro.
De Raad kondigde daarom aan de ambities voor het project drastisch te willen bijstellen. Maar Dekker is ook niet overtuigd van de levensvatbaarheid van deze nieuwe koers. “Ik zie nog aanzienlijke risico’s ten aanzien van de randvoorwaarden waaraan moet worden voldaan om de digitalisering bij de rechtspraak te laten slagen.”
Het is volgens hem onverantwoord om de digitalisering voort te zetten. Om te kunnen doorgaan met KEI moeten van hem eerst “alle neuzen dezelfde kant op staan”, de “juiste mensen op de juiste plek zitten”, en de rolverdeling duidelijk zijn.
De komende tijd gaat Dekker in gesprek met de Raad. Voor 1 juli aanstaande zal hij de Tweede Kamer informeren over de uitkomst van de gesprekken.