U kreeg de subsidie van de Vereniging van Notarissen in het voormalig Arrondissement Leeuwarden. Hoe kwam een Friese club bij u in Groningen terecht?
De VNAL is een in 1845 opgerichte vereniging die zich mede ten doel stelt: het bevorderen van de notariële wetenschap, en publicaties op notarieel gebied. Zij hebben vorig jaar besloten om de banden met de notariële wetenschap en notariële studenten uit het noorden aan te halen. Hiertoe stellen zij subsidies voor scripties en notarieel onderzoek beschikbaar. En zo kwamen zij uit bij onze notariële sectie.
Wat kunnen de deelnemers aan de expertmeeting in januari verwachten?
De bijeenkomst is met name ook bedoeld om dé experts op dit gebied bijeen te brengen; hiertoe hebben we twaalf veilingexperts uit verschillende landen uitgenodigd. We hebben een tweedaags programma met interessante introducties door experts over de bescherming van huiseigenaren bij executieveilingen. Ook bespreken we de gevolgen van COVID-19 voor executieveilingen aan de hand van een recent onderzoek hiernaar in het Verenigd Koninkrijk. Vervolgens hebben we een bijeenkomst waarin alle deelnemers ingaan op hun nationale systeem op het gebied van (het voorkomen van) executieveilingen.
Wanneer bent u na afloop van de bijeenkomst tevreden?
Ik hoop nu vooral dat de bijeenkomst fysiek kan plaatsvinden. De bijeenkomst is met name ook bedoeld als startpunt voor een netwerk van veilingexperts, waarmee we in de toekomst nog veel onderzoek op dit terrein kunnen doen. Als we de deelnemers kunnen enthousiasmeren voor toekomstige samenwerking en tijdens de bijeenkomst tot mooie bevindingen komen over het huidige systeem van (het voorkomen van) executieveilingen, ben ik tevreden.
U bent ook bezig met een rechtsvergelijkend onderzoek over de executoriale verkoop van registergoederen. Wat onderzoekt u precies?
Op dit moment ben ik bezig met het in kaart brengen van de verschillende systemen in Europa. De expertmeeting is een onderdeel hiervan. Het interessante is dat veel landen in Europa, hoewel de veilingsystemen sterk verschillen, toch wel soortgelijke uitdagingen kennen. Ik hoop met mijn onderzoek een bijdrage te kunnen leveren en ideeën te leveren om die uitdagingen aan te pakken.
U publiceert regelmatig artikelen over het notariële recht, registergoederenrecht en het personen- en familierecht. Waar wilt u graag nog eens over schrijven?
Uiteraard hoop ik nog veel te schrijven over mijn onderzoeksonderwerp. Daarnaast heb ik nog veel ideeën. Bijvoorbeeld om met mijn collega Hans ter Haar de interessante uitspraken over gerechtelijke vaststelling van het vaderschap te bundelen. De recente ontwikkelingen in de rechtspraak over de kwaliteitsrekening van de notaris bieden ook voldoende stof voor een mooi artikel.
Wat is het hoogtepunt in uw juridische carrière?
Ik denk toch wel mijn promotie in 2013. Ook het WODC-onderzoek naar acceptatie van alimentatie dat ik met Wilbert Kolkman en Leon Verstappen heb gedaan en dat dit jaar is verschenen is een hoogtepunt. Zeker omdat dit onderzoek midden in de coronatijd is afgerond en het mij gelukt is het onderzoek te combineren met twee kleine kinderen en een verbouwing thuis.
Wie is voor u een bron van inspiratie?
Ik heb niet echt één inspiratiebron, maar vind vooral het werken met de verschillende kanten van het notariële recht (bij de universiteit, bij Netwerk Notarissen en de beroepsopleiding) heel inspirerend. Dat geldt ook voor het samenwerken met andere disciplines en vakgroepen zoals ik nu doe voor mijn onderzoek en met experts uit verschillende landen.
Aan wie zou ú als dit kon graag een subsidie van 4500 toekennen?
Het mooie aan deze subsidie is dat hiermee onderzoek in de notariële wetenschap gestimuleerd wordt. Veel vraagstukken van deze tijd (denk aan duurzaamheid, de woningmarkt, het huidige financieringssysteem van woningen) hebben ook een belangrijke notariële component. De VNAL-subsidie is dan ook een opsteker voor notarieel onderzoek op belangrijke maatschappelijke gebieden.
Benieuwd naar de studententijd van Irene Visser? Kijk hier.