“In het promotieonderzoek is Merel nagegaan of op systematische wijze kan worden getoetst hoe de rechtspositie van arbeidskrachten die uitbesteed werk verrichten, gereguleerd moet worden”, vertelt het kantoor. “Ondernemingen besteden op grote schaal werk uit aan, onder andere, uitzendbureaus en payrollondernemingen. Arbeidskrachten verrichten hierdoor steeds vaker werk voor ondernemingen waarmee zij geen arbeidsovereenkomst hebben. De rechtspositie van deze arbeidskrachten is vaak minder gunstig dan de rechtspositie van werknemers die vergelijkbaar werk verrichten in dienst van deze onderneming. Zo wordt via uitbesteding van werk geconcurreerd op arbeidsvoorwaarden en dat kan onwenselijk zijn. De regering nam al verscheidene maatregelen om deze concurrentie tegen te gaan en is voornemens nadere maatregelen te nemen. Regulering van uitbesteding van werk is echter een voortdurende uitdaging gebleken. Het formuleren van een toets waaraan uitbesteding van werk steeds moet voldoen, kan het reguleringsproces versnellen en bovendien voorspelbaarder maken. Dit zal het draagvlak voor maatregelen vergroten en het aanpassingsvermogen van ondernemingen versterken. Hoe kan een dergelijke toets echter worden vormgegeven en tot welke conclusies leidt die toets bij toepassing op huidige wet- en regelgeving? Deze vraag staat centraal in het proefschrift van Merel Keijzer.”