Mr. van de week is Joanne Kellermann. Op 1 november neemt zij na zeven jaar afscheid als directielid van De Nederlandse Bank (DNB). Zij was primair verantwoordelijk voor toezicht. Haar portefeuille omvatte onder meer integriteitstoezicht, interventies en het toezicht op pensioenfondsen en verzekeraars. In 2005 trad zij in dienst van DNB als general counsel en directeur van de divisie Juridische Zaken. Daarvoor was zij dertien jaar lang partner bij NautaDutilh.
U bent het eerste vrouwelijke directielid bij DNB. Hoe was het om toe te treden tot een van oudsher mannenbolwerk?
Uiteraard is het bijzonder eervol om benoemd te worden tot de directie van DNB. Dat geldt voor iedereen, of je nu man óf vrouw bent. Uit alle reacties van de afgelopen jaren maak ik op dat je als vrouwelijk directielid een rolmodel en inspirerend voorbeeld bent voor jonge vrouwen en mannen op weg naar de top. Dat ik die rol heb mogen vervullen, dat vervult me met trots. Ik geloof in diversiteit en de kracht van verschillende meningen in de boardroom. Daar heb ik zeker aan bijgedragen. Overigens, ik kwam natuurlijk al uit een mannenbolwerk: de advocatuur. Dus ik was wel wat gewend…
De crisis wordt voor een belangrijk deel geweten aan de dubieuze integriteit van bankiers. Is dat terecht?
Ik zou niet willen spreken van dubieuze integriteit. Ik ben ervan overtuigd dat de crisis in belangrijke mate is veroorzaakt door een verkeerde risicocultuur en verkeerd gedrag van mensen in de financiële sector. In de jaren vóór de crisis wilde iedereen een graantje meepikken van de hausse. De risico’s waren uit het oog verloren. We dachten dat er zoiets bestond als een ‘free lunch’: de crisis heeft ons geleerd dat dit niet zo is. Dat het zo is gelopen, heeft alles te maken met gedrag en cultuur. Mensen dachten dat er op het werk andere normen en waarden heersten dan thuis. Die gespleten waarden zijn naar mijn idee altijd heel gevaarlijk.
Denkt u dat Nederland ooit weer wordt of kan worden zoals voor de crisis?
Ik denk het niet én ik hoop het niet. Ik hoop dat we met ons allen de lessen van deze crisis nu echt geleerd hebben én dit keer ook echt zullen onthouden. We moeten daarvoor een nieuw risicogedrag borgen en dat gedrag met prikkels stimuleren. Een voorbeeld: de focus van veel beleggers is op de korte termijn. We moeten ervoor zorgen dat ze zich meer richten op de lange termijn. Als alle institutionele beleggers dat gaan doen, kunnen we met ons allen heel veel veranderen.
Steeds meer financiële overtredingen worden buiten een rechterlijke toets afgedaan. De AFM en DNB hebben daartoe sanctionerende bevoegdheden gekregen. Bent u niet bang dat politici zich met de besluitvorming gaan bemoeien?
Allereerst: iedereen mag te allen tijde naar de rechter gaan. Bij al onze sanctionerende bevoegdheden staat de bestuursrechtsgang voor iedereen open. Dus nee, ik deel deze angst niet. Integendeel. Doordat wij als toezichthouders zichtbaarder zijn gaan optreden, hoeft de politiek zich minder te bemoeien met individuele gevallen.
Wat gaat u na uw vertrek bij DNB doen?
Op dit moment, maandag 6 oktober, staat dat nog helemaal open…
Als u het voor het zeggen had dan…?
Dan zou ik deze aarde beter nalaten voor mijn kinderen dan ik hem heb aangetroffen. Daar moet nog veel voor gebeuren. Ik heb niet het idee dat we er veel beter voor staan. Er zijn veel brandhaarden op de wereld, meer dan ooit. En we zadelen onze kinderen ook nog eens op met een gigantisch klimaatprobleem. Niet iets om trots op te zijn.
Wat is het hoogtepunt in uw carrière?
Een van de hoogtepunten was de benoeming tot directielid van DNB. Een bijzonder moment. Maar ik heb er niet zo lang van kunnen genieten. Nog geen twee maanden later barstte de kredietcrisis in alle hevigheid los.
Wie of wat is in uw (juridisch) bestaan uw bron van inspiratie?
Christine Lagarde is voor mij een rolmodel. Ook zij is begonnen als advocaat… Nu geeft ze leiding aan het IMF, en weet ze naast de kille cijfers van de economische wetenschap ook ruimte te maken voor menselijke waarden. Bovendien geniet ze groot gezag en is ze supercharmant.
Welk wetsartikel vindt u het mooist? Welk wetsartikel het slechtst?
Ik koester artikel 6:2 BW. Dit grondbeginsel van het burgerlijk recht, dat partijen jegens elkaar de redelijkheid en de billijkheid in acht moeten nemen, vormt naar mijn idee de hoeksteen van onze economie. Dat scheelt ons al die vreselijk dikke contracten uit de Angelsaksische wereld… Daarentegen is ons faillissementsrecht mij een gruwel. De dood in de pot voor het MKB. Zou goed zijn als Justitie hier snel werk van maakt.
Welk boek las u het laatst?
Het boek ‘The Tenth of December’ van George Saunders, een bundeling van heel bijzondere, korte verhalen. Dit mooie boek kreeg ik van mijn oude patroon.
Met wie zou u een gevangeniscel willen delen?
De Amerikaanse Piper Kerman. Zij heeft ervaring in de cel en voert in de VS nu een geweldige campagne voor de rechten van vrouwen en mannen uit minderheidsgroepen, mensen die voor allerlei kleine vergrijpen vaak jarenlang de bak in moeten. Haar verhaal is verfilmd in de serie ‘Orange is the new black’. Een aanrader!