NOVA wil verschoningsrecht toelichten in prejudiciële procedure bij Hoge Raad

De Nederlandse Orde van Advocaten wil schriftelijke opmerkingen maken over de beantwoording van de prejudiciële vragen die het gerechtshof Den Bosch aan de Hoge Raad heeft gesteld over het verschoningsrecht van advocaten. De Advocatenorde heeft daartoe een verzoek ingediend bij de Hoge Raad. “Hiermee wil de NOvA het belang van het verschoningsrecht als algemeen geldend en fundamenteel rechtsbeginsel nader belichten,” meldt de Orde in een persbericht.

Delen:

Verschoningsrecht Pixabay
Beeld: Pixabay

Het gaat hier over het langslepende conflict tussen de Staat en de vermogensbeheerder Box Consultants. Het Openbaar Ministerie (OM) verdenkt Box van fraude en startte na een fiscaal onderzoek een strafzaak tegen het bedrijf. Het hof heeft in een tussenarrest van 2 mei 2023 vastgesteld dat het OM het verschoningsrecht van de advocaten van Box op structurele wijze heeft geschonden. OM en de FIOD lazen ten onrechte meer dan drieduizend mails tussen advocaten van Stibbe en hun cliënt.

In het tussenarrest kondigde het hof aan prejudiciële vragen aan de Hoge Raad te stellen, “omdat het antwoord op deze vragen over de uitleg van het wettelijk kader nodig is om op de vorderingen van de advocaten te beslissen.” Het OM, vertegenwoordigd door de landsadvocaat Pels Rijcken, en Box Consultants, vertegenwoordigd door Stibbe-advocaat Tim de Greve, hebben de mogelijkheid gekregen en aangegrepen om hun visie te geven. Vervolgens heeft het hof zijn rechtsvragen gesteld aan de Hoge Raad.

Ter discussie

In het tussenarrest van 2 mei oordeelde het hof al dat de uitleg van de Staat over de omgang met verschoningsgerechtigde informatie in strijd is met overige regelgeving en jurisprudentie omtrent het verschoningsrecht. Bovendien biedt de uitleg van de Staat volgens het Hof onvoldoende waarborgen om te voorkomen dat het verschoningsrecht in het gedrang komt. Volgens het hof gaat het hier om een fundamenteel rechtsbeginsel dat bij de uitoefening van opsporingsbevoegdheden door het OM van belang kan zijn in vele strafzaken. Daarom vraagt het hof duidelijkheid aan de Hoge Raad.

De prejudiciële procedure zal naar verwachting enige maanden in beslag nemen. In de tussentijd geldt de tijdelijke maatregel die het Hof bij tussenarrest op 2 mei jl. heeft getroffen. Die houdt in dat het OM bij het doen van vorderingen de selectie, filtering en beoordeling van gegevens aan de rechter-commissaris moet overlaten. Daarmee is de werkwijze van de zogeheten ‘geheimhoudersfunctionarissen’, die de vertrouwelijkheid van in beslag genomen mailverkeer moeten beoordelen, ter discussie komen te staan.

Eerder heeft de rechtbank al vastgesteld dat het OM in deze zaak meermalen het verschoningsrecht van de advocaten heeft geschonden. Volgens de rechtbank had het OM deze schendingen van het verschoningsrecht ‘op eenvoudige wijze’ kunnen en moeten voorkomen. De door het OM gebruikte methode van ‘uitgrijzen’ van geprivilegieerde informatie voldoet bovendien niet aan de vereisten van artikel 126aa Sv en van artikel 4 lid 2 van het Besluit bewaren en vernietigen niet-gevoegde stukken, aldus de rechtbank.

Ouderlingen

Het verschoningsrecht is al langer onderwerp van juridische discussie. Dat blijkt bijvoorbeeld uit een zedenzaak bij de rechtbank Overijssel. Hier werd het verschoningsrecht van ouderlingen van de Jehova’s Getuigen geschonden. De rechtbank overweegt in haar vonnis: “De ernstige, grootschalige en voortdurende inbreuken op de regelgeving die het verschoningsrecht moet waarborgen ondergraven het vertrouwen van de burger in dat wat hij in vertrouwen met een geheimhouder bespreekt, ook geheim blijft.” Het OM werd op 15 augustus niet-ontvankelijkheid verklaard.

In een witwaszaak werd het OM eveneens op de vingers getikt wegens schending van het verschoningsrecht. De rechtbank Rotterdam oordeelde op 22 juni 2022 streng over de handelwijze van het OM: “De wijze waarop politie en officier van justitie met het verschoningsrecht in deze zaak zijn omgegaan, laat ook zien dat er geen sprake is van een incident. Het is de rechtbank ambtshalve bekend dat het Openbaar Ministerie ook in andere zaken onzorgvuldig omgaat met geheimhoudersinformatie.”

In een recent arrest heeft de Hoge Raad het verschoningsrecht nog scherper omlijnd in het voordeel van de advocatuur. Een lijst met namen van geheimhouders, zoals advocaten en medici, valt ook onder het verschoningsrecht, besliste Hoge Raad. De zaak was aangezwengeld door  Ybo Buruma junior en Robbert de Bree, advocaten van Wladimiroff Advocaten N.V. Als er in strafzaken e-mails in beslag worden genomen, wordt een schifting gemaakt tussen verschoningsgerechtigde e-mails en e-mails die het Openbaar Ministerie en de FIOD wel mogen lezen. Om een dergelijke schifting te vergemakkelijken, levert de beslagene vaak een lijst met namen van verschoningsgerechtigden waarmee hij contact heeft gehad. Die lijst valt volgens de Hoge Raad ook onder het verschoningsrecht en mag dus niet, behalve in uitzonderlijke gevallen, met het Openbaar Ministerie worden gedeeld.

In een bericht op LinkedIn noemt advocaat Ybo Buruma junior het besluit van de Hoge Raad terecht: “Ook met welke advocaat, of welke arts je praat valt immers onder het verschoningsrecht; justitie hoort niet te kunnen zien of een oncoloog of een huisarts wordt bezocht, noch of een strafadvocaat of een echtscheidingsadvocaat wordt geraadpleegd.”

 

Lees meer over:

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Meest gelezen berichten

Van onze kennispartners

Juridische vacatures

Scroll naar boven