Het Openbaar Ministerie is gestart met de inzet van verplaatsbare camera’s om telefoongebruik achter het stuur makkelijker te kunnen detecteren beboeten.
De camera’s maken foto’s van iedereen die langsrijdt en zijn vervolgens in staat te bepalen wanneer een bestuurder zijn telefoon gebruikt, wanneer dit laatste het geval is wordt de foto automatisch doorgestuurd naar het CJIB.
Uitkomst bij capaciteitstekort politie
Steeds vaker maakt het OM bij de opsporing van strafbare feiten gebruik van technologische innovaties. Deze vooruitgang op het gebied van digitalisering wordt als zeer positief ervaren. De politie kampt al tijden met onderbezetting en de inzet van nieuwe technologie kan in veel gevallen capaciteit besparen. Dat geldt ook voor de nieuwe ‘slimme’ camera’s die het OM inzet om appende bestuurders te flitsen. Telefoongebruik achter het stuur brengt een groot risico voor de verkeersveiligheid met zich mee. Uit een schatting van Veilig Verkeer Nederland (VVN) blijkt dat een kwart van de auto-ongelukken ontstaat door afleiding door een smartphone. Toch blijkt uit onderzoek dat één op de acht automobilisten zich wel eens schuldig maakt aan appen achter het stuur. De huidige manier van handhaven van telefoongebruik achter het stuur kost veel politiecapaciteit: agenten moeten surveilleren en vervolgens overtreders staande houden. De nieuwe camera’s bieden daarom uitkomst. Nederland is het eerste Europese land dat de camera’s gaat inzetten en volgt hierin het voorbeeld van Australië, waar de camera’s sinds korte tijd ook worden gebruikt.
Hoe werkt het?
Wanneer het systeem in de camera vermoedt dat er een telefoon wordt vastgehouden door de bestuurder, wordt deze foto doorgestuurd naar het Centraal Justitieel Incassobureau. Een buitengewoon opsporingsambtenaar beoordeelt daar vervolgens of de bestuurder daadwerkelijk een telefoon vast had. Indien dit het geval is, krijgt de kentekenhouder een boete van 240 euro. De foto’s worden schuin naar beneden gemaakt, waardoor het gezicht van de bestuurder op de foto niet te zien is. De foto’s zijn volgens het OM evenwel duidelijk genoeg om te kunnen dienen als doorslaggevend bewijs. Kentekenhouders kunnen de foto’s hierna zelf opvragen en in beroep gaan tegen de boete indien zij twijfelen aan het oordeel van de camera en de buitengewoon opsporingsambtenaar. Overigens is het niet tegen de Nederlandse wet om een mobiele telefoon te gebruiken wanneer deze in een houder zit die bijvoorbeeld aan de voorruit is bevestigd. Hoeveel camera’s het OM precies gaat inzetten en op welke locaties ze te vinden zijn, is (nog) onduidelijk.
