Optimisme over de sociale advocatuur: ‘Fantastisch beroep, geen dag hetzelfde’

Nieuws over de sociale advocatuur is negen van de tien keer pessimistisch van toon. Veel sociaal advocaten hebben nu eenmaal moeite om het hoofd boven water te houden. Sanne van Oers (sociaal advocaat bij Van Schie Advocaten en bestuurder van de Nederlandse orde van advocaten) vraagt nu eens aandacht voor de andere kant van het verhaal:“Als sociaal advocaat gebruik je het recht waar het voor bedoeld is: namelijk mensen beschermen.”

Delen:

Sanne van Oers - Simone Gablan Fotografie
Foto Simone Gablan Fotografie

“Je doet werk zoals je je dat voorstelt als je met je rechtenstudie begint,” zegt Sanne van Oers over de bezigheden van een sociaal advocaat. “Je voert besprekingen met cliënten, je staat mensen met problemen bij, je adviseert, gaat naar de rechtbank, houdt een vlammend betoog. Het is echt fantastisch werk, geen dag is hetzelfde.”

Van Oers is bijna 21 jaar advocaat en is gespecialiseerd in het jeugdrecht. Ze heeft bij Van Schie Advocaten nog een kleine praktijk, naast haar betrekking als lid van de algemene raad en waarnemend deken van de Nederlandse orde van advocaten (NOvA).

Hoe ziet een dag van Sanne van Oers eruit? “Dynamisch,” is het antwoord. “Je bent geen dag alleen maar op kantoor. Natuurlijk moet je ook je e-mail beantwoorden en wat telefoontjes plegen, maar je bent vooral veel op pad,  voor zittingen en besprekingen. Tussendoor whatsapp je nog even met een cliënt. En je bezoekt cliënten die van hun vrijheid zijn beroofd. Bijvoorbeeld kinderen die gesloten uit huis zijn geplaatst. Het gaat dan om jongeren van twaalf tot achttien jaar die geen strafbare feiten hebben gepleegd en die worden opgesloten als beschermingsmaatregel. En ook om jeugdige verdachten.” Van Oers staat ook psychiatrisch patiënten bij.

Veel op pad

Het komt dus zelden voor dat ze een hele dag op kantoor zit. “Als jeugdrechtadvocaat kom je in de gevangenis, de rechtbank, bij mensen thuis, bij de Raad voor de Kinderbescherming.  In strafzaken schuif je aan bij de verhoren in het politiebureau en bezoek je verdachten in de gevangenis. Een asieladvocaat gaat mee naar de IND om een zienswijze toe te lichten. Als iemand een uitkering wordt geweigerd, kom je in de bezwaarfase bij de gemeente of het UWV. Sociaal advocaten zijn veel op pad. In bijna elke zaak die je doet, vindt een zitting plaats. Het werk geeft veel voldoening omdat je werkt voor mensen die jou als advocaat echt nodig hebben. Als advocaat gebruik je het recht waar het voor bedoeld is: mensen beschermen.”

Het is uiteraard niet allemaal koek en ei in de sociale rechtsbijstand. De emoties kunnen hoog oplopen bij uithuisplaatsingen en ondertoezichtstellingen. “Wij zijn er als advocaten niet bij als een kind wordt weggehaald bij de ouders. Bij dergelijke hoogrisicozaken gaat de politie mee met de jeugdbescherming.” De emoties geven volgens Van Oers aan hoe ingrijpend het overheidsoptreden kan zijn in de levens van mensen. “Dat is meteen ook waarom dit werk zo belangrijk is. Het gaat over grondrechten. Je bijt je erin vast en probeert het beste te doen voor je cliënten.”

Dat je als advocaat buiten je eigen bubbel komt, is absoluut een verrijking, meent Van Oers. “Je komt op plekken waar je privé niet komt. Dat kan gelden als je op huisbezoek gaat bij mensen voor wie een machtiging wordt gevraagd voor opname in de psychiatrie. Je weet niet goed wat je gaat aantreffen. Of als je bij iemand langs gaat van wie de kinderen uit huis geplaatst worden.” Ze merkt op dat dit soort zaken in alle lagen van de bevolking voorkomen. “Zeker complexe scheidingen zorgen voor veel problemen in de jeugdzorg.”

Breder perspectief

Het bijstaan van asielzoekers die gevlucht zijn uit een oorlog geeft ook een breder perspectief. “Ik hoor van collega’s op kantoor de verhalen: mensen die familieleden zijn kwijtgeraakt, afschuwelijke dingen hebben meegemaakt. Dan realiseer je je hoe bevoorrecht je zelf bent, het verbreedt je blik. En denk eens aan iemand die als verdachte van een strafbaar feit wordt opgesloten. Je kunt niet meer naar je werk, je kunt je huur niet meer betalen, in no time is je leven weg.”

Als een rechtenstudent u vraagt wat zijn perspectieven zijn als hij de sociale advocatuur in gaat, wat antwoordt u dan?
“Er is perspectief omdat het belang van een solide sociale advocatuur inmiddels ook in de politiek wordt erkend en er onderzoek wordt gedaan hoe de financiering er in de toekomst uit moet zien.”

Er zijn vele onderzoeken en Kamermoties over de toevoegingspraktijk geweest, er lopen nog onderzoeken. In het verleden waren er de commissie-Wolfsen, de commissie-Barkhuysen, de commissie-Van der Meer en – recenter – een arbeidsmarktonderzoek van Panteia. De grote lijn van deze studies was dat sociaal advocaten te weinig inkomen hebben in vergelijking met soortgelijke juridische beroepen en dat de beroepsgroep daardoor vergrijst. Verder is er een motie van D66-Tweede Kamerlid Sneller (de motie-Sneller II) die minister Weerwind (Rechtsbescherming) oproept te onderzoeken of de kosten van gefinancierde rechtsbijstand in de begroting van Justitie en Veiligheid kunnen meebewegen met de reële kosten. De NOvA heeft de minister opgeroepen de resultaten van zo’n onderzoek direct in te voeren zonder dat er een politieke discussie plaatsvindt over de vraag of daar geld voor is, maar de minister wil dit overlaten aan een volgend kabinet.

In 2017 concludeerde de commissie-Van der Meer dat toevoegingsadvocaten worden onderbetaald. Er moest, volgens de commissie, 126 miljoen euro bij om te zorgen dat sociaal advocaten, na aftrek van alle kosten, evenveel inkomen hebben als een juridische functionaris in trede 10 van schaal 12 voor Rijksambtenaren. Toenmalig minister Dekker bestreed die rekensom niet, maar stelde dat hij geen geld had voor zo’n operatie.

De NOvA wacht nu de uitkomsten af van onderzoek van een nieuw ingestelde commissie-Van der Meer (Van der Meer II) naar hoeveel tijd zaken kosten en welk tarief daarbij past. “Het is goed dat die herijking plaatsvindt,” meent Van Oers. “Je kunt aan meerdere knoppen draaien. De berekening van het aantal uren en dus ook het aantal punten is de ene knop. De andere knop is het tarief per punt.  Door aan die knoppen te draaien kun je zorgen dat een sociaal advocaat, na aftrek van de kosten, minimaal evenveel inkomen heeft als een juridische functionaris in trede 10 van schaal 12 van de cao voor Rijksambtenaren. Een ander punt is welke kosten advocaten hebben, want dat bepaalt hoeveel inkomen je daadwerkelijk overhoudt. Daar doet de Raad voor Rechtsbijstand onderzoek naar, en dat wordt meegenomen in de adviezen van de commissie Van der Meer II.”

Colleges en lezingen

Dat de begroting van Justitie en Veiligheid meebeweegt met de werkelijke kosten van advocaten is cruciaal voor een gezonde sociale rechtsbijstand, benadrukt Van Oers. “Als je echt wilt dat jonge mensen dit vak weer gaan omarmen, moet je ook een garantie hebben voor de toekomst. Dus op zijn minst iedere twee à drie jaar opnieuw bekijken of het aantal uren en het tarief in lijn zijn om voldoende inkomen te genereren.”

Wat is de strategie van de NOvA?
“De NOvA maakt zich in het belang van een goede rechtsbedeling hard voor een sterke sociale advocatuur. Dat is onze taak. Het is heel belangrijk dat er een nieuwe generatie sociaal advocaten wordt opgeleid. Daarom hebben we een project lopen dat jonge mensen enthousiasmeert voor het vak: gastcolleges geven, deelnemen aan bedrijvendagen op universiteiten. Zo willen we het vak meer bekendheid geven, we hebben namelijk gemerkt dat studenten weinig zicht hebben op wat de sociale advocatuur precies doet. Zelf merk ik dat er bij mijn colleges en lezingen veel studenten enthousiast worden, met name als je vertelt wat het vak inhoudt, hoe je werkdag eruitziet, in wat voor situaties je wordt ingeschakeld en hoe bijzonder het eigenlijk is dat je als advocaat mensen kunt bijstaan die afhankelijk zijn van jouw kennis, kunde en inzet. Het voornaamste struikelblok is nu dat er nog weinig advocatenkantoren zijn die advocaat-stagiairs kunnen aannemen, juist omdat dat een grote investering vraagt. Daarvoor is belangrijk dat de vergoedingssystematiek op orde komt. We zijn er nog niet, de politiek is aan zet.”
Ook werkt de NOvA samen met de Raad voor Rechtsbijstand aan een onderzoek naar het sociaal advocatenkantoor van de toekomst. “Daarbij wordt onderzocht hoe je als advocaten kunt samenwerken om een goed bedrijfsmodel neer te zetten, om versnippering te voorkomen.” Verder voert de NOvA regelmatig overleg met het ministerie van Justitie en Veiligheid en brengt leden van de Tweede Kamer op de hoogte van het belang van een stevige sociale advocatuur en de NOvA-standpunten.

Wat is het ideale financieringssysteem voor de sociale advocatuur in Nederland?
“Het huidige systeem kan in de kern goed werken. Mits je ervoor zorgt dat het bij de tijd blijft. In het verleden is het verwaarloosd en er was te weinig geld voor. Daarom is het steeds moeilijker geworden om een praktijk overeind te houden. Je ziet dat advocaten er steeds meer voor kiezen om in hun eentje verder te gaan om de kosten te drukken.”

Komt het goed met de sociale advocatuur?
“Ik ben optimistisch van aard: er is zeker toekomst. Voor de beroepsopleiding is nu subsidie van de Raad voor Rechtsbijstand. Maar in de startfase blijft het lastig. Je moet als advocatenkantoor enorme investeringen doen voor stagiairs die nog in hun leerperiode zitten. Ik denk dat de werkgever er de eerste twee jaar geld op toelegt. Daar zit een kwetsbare fase. Vervolgens is de vraag of je als stagiair financieel bij kunt blijven bij je leeftijdsgenoten. Op het moment is dat nog moeilijk, maar dat moet de komende jaren beter worden.”

Lees meer over:

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven